Onderwijs Onderzoek Actueel Over de VU EN
Login als
Studiekiezer Student Medewerker
Bachelor Master VU for Professionals
HOVO Amsterdam VU-NT2 VU Amsterdam Summer School Honoursprogramma Universitaire lerarenopleiding
Promoveren aan de VU Uitgelicht onderzoek Prijzen en onderscheidingen
Onderzoeksinstituten Onze wetenschappers Research Impact Support Portal Impact maken
Nieuws Agenda Vrouwen aan de top
Israël en Palestijnse gebieden Cultuur op de campus
Praktische informatie VU en innovatiedistrict Zuidas Missie en Kernwaarden
Organisatie Samenwerking Alumni Universiteitsbibliotheek Werken bij de VU
Sorry! The information you are looking for is only available in Dutch.
Deze opleiding is opgeslagen in Mijn Studiekeuze.
Er is iets fout gegaan bij het uitvoeren van het verzoek.
Er is iets fout gegaan bij het uitvoeren van het verzoek.

Eénjarige master Leraar VHO in de Bètawetenschappen

Leraar VHO in de Bètawetenschappen

Leraar wiskunde

VU Lerarenopleiding | didactiek en praktijk, toegespitst op de 21 fundamentele kernpraktijken voor het beroep leraar

Om een goede leraar te worden ontwikkel je vaardigheden die je helpen bij het overdragen van kennis, het managen van een klas vol leerlingen en het bedenken van nieuwe lesprogramma's. Daar heb je de theorie en de praktijk bij nodig, en professionele begeleiding.

Het programma van de lerarenopleidingen is zo samengesteld dat leren en lesgeven hand in hand gaan. Je hebt één dag in de week college en bij een full-time opleiding rooster je, in overleg met je stageschool, 4 tot 5 dagdelen praktijk in. Bij de deeltijdopleiding is dat 2 tot 3 dagdelen. Op de stageschool kunnen er ook op andere dagen onderwijsactiviteiten zijn. 

Didactiek en praktijk
Het studieprogramma van de master lerarenopleiding is opgedeeld in drie fases waarbij er in elke fase verschillende vakken worden gegeven rondom didactiek en praktijk. Al het onderwijs is geordend rondom 21 kernpraktijken die fundamenteel zijn voor het beroep van leraar. Deze kernpraktijken zijn tot stand gekomen in samenwerking met het voortgezet onderwijs.
Lees meer over de kernpraktijken van de VU Lerarenopleidingen.

Maak kennis met onze opleiders
Nieuwsgierig naar onze docenten en opleiders? Bekijk de profielpagina's van de medewerkers van de VU Lerarenacademie

Dit zijn je vakken en specialisaties

Didactiek (Didactiek 1, 2 en 3 – totaal 24 EC)
Het vak Didactiek bestaat uit drie onderdelen: algemene didactiek, vakdidactiek en peergroup. Bij algemene didactiek leer je wat er komt kijken bij het ontwerpen en uitvoeren van onderwijs. Je krijgt handvatten om leerlingen te motiveren, verdiept je in de ontwikkelingsfasen van jongeren en leert hoe je een veilig leerklimaat kunt scheppen. Samen met vakgenoten volg je het werkcollege Vakdidactiek waarbij belangrijke vakdidactische concepten en werkwijzen aan bod komen. 

Bij de lessen didactiek staat er elke week een nieuwe kernpraktijk centraal. Lees meer over de leerlijn van de kernpraktijken.

Praktijk (Praktijk 1, 2 en 3 – totaal 30 EC)
De opleiding vindt voor de helft plaats op een stageschool. Samen met je werkplekbegeleider werk je verder aan het ontwikkelen van de kernpraktijken die eerder die week bij het didactiek aan de orde zijn gekomen. Ook kijken we goed naar wat er mogelijk is bij jouw specifieke stageschool en passen we de stageopdracht indien nodig aan. Zo wordt direct de verbinding gelegd tussen de theorie en praktijk. Vervolgens wissel je tijdens de peergroup je ervaringen uit met je medestudenten. Je leert om systematisch jouw eigen onderwijs te evalueren op punten die voor jou belangrijk zijn.

Keuzevakken (6 EC)
Elke semester is er een wisselend aanbod van keuzevakken rond relevante thema’s in het onderwijs.

Internationalisering
Voor de lerarenopleidingen zijn er beperkte mogelijkheden voor internationale uitwisseling. Neem voor meer informatie contact op met onze International Student Advisor.

Bijzonderheden per schoolvak
Per schoolvak ligt het accent op de vakdidactische vaardigheden anders. Bekijk de bijzonderheden voor jouw vakgebied:

Samenvatting

De wiskundeprogramma’s zijn verdeeld over vier vakken: wiskunde A, B, C en D. Wiskunde A is het profielvak voor het profiel ‘Economie en Maatschappij’ en ‘Natuur en Gezondheid’. Wiskunde B is het profielvak voor het profiel ‘Natuur en Techniek’. Wiskunde C is het profielvak voor het profiel ‘Cultuur en Maatschappij’ (alleen op vwo) en wiskunde D is een profielkeuzevak voor het profiel ‘Natuur en Techniek’.  Alle programma’s streven naar het bijbrengen van de juiste mix aan technieken, concepten en toepassingen voor het betreffende profiel. Zo ligt bij wiskunde B meer de nadruk op algebraïsche technieken dan bij wiskunde C, waar juist meer aandacht is voor het gebruik van wiskunde in contexten die je als kritische burger tegenkomt.

Vakdidactische bijzonderheden
Tijdens de lerarenopleiding leer je hoe leerlingen in de leeftijd van 12 t/m 18 jaar wiskundige begrippen en vaardigheden kunnen ontwikkelen en toepassen. Ook is het je taak als docent om hen te helpen betekenis te geven aan wiskundige concepten. Daarnaast leer je leerlingen onderzoek te doen, waarbij je aandacht besteed aan thema’s als bronnenonderzoek, presentatie van onderzoeksresultaten en evaluatie van eigen werk.

Verdieping
Er is een keuzevak Bewijzen in vlakke meetkunde waarin aandacht is voor het leren en onderwijzen van bewijzen in een meetkundige context. Ook bestaan er mogelijkheden een keuzemodule te combineren met een buitenlandse excursie (Florida, Gent).

Extra bevoegdheden
Als eerstegraads docent in de bètawetenschappen ben je ook bevoegd om het profielkeuzevak NLT (Natuur, Leven en Technologie) te geven.

Toelatingseisen
Dit schoolvak heeft specifieke toelatingseisen. Kijk onder 'Toelating' welke specifieke toelatingseisen van toepassing zijn. 

Beroepsperspectief
Als docent wiskunde zijn je vooruitzichten op een baan goed.

  • Leraar wiskunde

    Samenvatting

    De wiskundeprogramma’s zijn verdeeld over vier vakken: wiskunde A, B, C en D. Wiskunde A is het profielvak voor het profiel ‘Economie en Maatschappij’ en ‘Natuur en Gezondheid’. Wiskunde B is het profielvak voor het profiel ‘Natuur en Techniek’. Wiskunde C is het profielvak voor het profiel ‘Cultuur en Maatschappij’ (alleen op vwo) en wiskunde D is een profielkeuzevak voor het profiel ‘Natuur en Techniek’.  Alle programma’s streven naar het bijbrengen van de juiste mix aan technieken, concepten en toepassingen voor het betreffende profiel. Zo ligt bij wiskunde B meer de nadruk op algebraïsche technieken dan bij wiskunde C, waar juist meer aandacht is voor het gebruik van wiskunde in contexten die je als kritische burger tegenkomt.

    Vakdidactische bijzonderheden
    Tijdens de lerarenopleiding leer je hoe leerlingen in de leeftijd van 12 t/m 18 jaar wiskundige begrippen en vaardigheden kunnen ontwikkelen en toepassen. Ook is het je taak als docent om hen te helpen betekenis te geven aan wiskundige concepten. Daarnaast leer je leerlingen onderzoek te doen, waarbij je aandacht besteed aan thema’s als bronnenonderzoek, presentatie van onderzoeksresultaten en evaluatie van eigen werk.

    Verdieping
    Er is een keuzevak Bewijzen in vlakke meetkunde waarin aandacht is voor het leren en onderwijzen van bewijzen in een meetkundige context. Ook bestaan er mogelijkheden een keuzemodule te combineren met een buitenlandse excursie (Florida, Gent).

    Extra bevoegdheden
    Als eerstegraads docent in de bètawetenschappen ben je ook bevoegd om het profielkeuzevak NLT (Natuur, Leven en Technologie) te geven.

    Toelatingseisen
    Dit schoolvak heeft specifieke toelatingseisen. Kijk onder 'Toelating' welke specifieke toelatingseisen van toepassing zijn. 

    Beroepsperspectief
    Als docent wiskunde zijn je vooruitzichten op een baan goed.

Rollen en competenties

Als beginnend docent is praktijkervaring cruciaal. In de masteropleiding Leraar voorbereidend hoger onderwijs aan de VU leer je hoe je stevig in je schoenen komt te staan. Leraar word je namelijk niet zomaar. Boeiend en inspirerend onderwijs verzorgen voor verschillende leerlingen, moet je leren. Daarom zijn er voor onze masteropleidingen vier rollen ontwikkeld.

Professional

Als je met leerlingen werkt, maak je voortdurend keuzes. Moet je reageren of juist niet? Geef je dit voorbeeld of kies je iets anders? Een deel van die keuzes kun je voorbereiden, maar je moet ook vaak in een split second reageren. Is dat dan ook de meest effectieve reactie? En wat maakt eigenlijk dat je op die manier reageert? Zijn er andere mogelijkheden, andere perspectieven? Door regelmatig, samen met anderen, bij dit soort vragen stil te staan, leer je het meest van je praktijkervaringen. Daarnaast heb je, zeker als universitair opgeleide leraar een rol in het verder ontwikkelen van het onderwijs. Dat betekent zoeken naar nieuwe inzichten en nieuwe handelingsmogelijkheden, je voeden met wetenschappelijke inzichten en deze toetsen aan de eigen praktijk. Zoeken, onderzoeken en delen, vormen de kern van deze rol.

Ontwerper

Het ontwerpen van onderwijs is een dagelijkse bezigheid voor een docent. Het repertoire dat je tot je beschikking hebt om lessen te ontwerpen en weloverwogen keuzes te maken, breid je steeds verder uit. Door reflectie op je ervaringen in de praktijk, door kennismaking met de theorie en door uitwisseling met collega’s en medestudenten, krijg je nieuwe inzichten. Terugkerende vragen daarbij zijn: wat moeten leerlingen weten of kunnen aan het eind van mijn les(sen)? Bij welke onderwerpen kan ik bij aansluiten? Welke activiteiten kies ik? Hoe weet ik of doelen bereikt zijn?

Uitvoerder

Een op papier ontworpen lesplan moet in de praktijk tot leven komen. Aan de docent de taak de voorwaarden te scheppen waaronder leerlingen kunnen leren. Belangrijke thema’s daarbij zijn: contact maken, leiding geven en het organiseren en begeleiden van het leerproces. Je wordt je bewust van patronen in jouw manier van communiceren en (h)erkent het effect hiervan op de leerlingen.

Pedagoog

In de rol van pedagoog stimuleer je leerlingen bij hun verdere ontwikkeling als persoon en het werken aan de eigen identiteit. In deze rol ben je vooral een voorbeeld voor je leerlingen. Je bent iemand met een eigen identiteit die keuzes maakt in de omgang met leerlingen, collega’s en ouders. Keuzes die gestuurd worden door jouw normen en waarden, jouw opvattingen over wat goed is, wat je vindt dat hoort en wat jij belangrijk vindt. Zelfkennis en je kunnen inleven in je leerlingen in deze specifieke leeftijdsfase, zijn cruciale eigenschappen om deze rol naar behoren te kunnen vervullen.

Onderscheid en inzicht   

Bij elke rol gaat het om het gedrag dat van jou als docent verwacht wordt in een bepaalde situatie. Bij het ontwerpen van je lessen, doe je andere dingen en denk je over andere zaken na dan wanneer je met je leerlingen aan het werk bent. Natuurlijk kun je de rollen niet strikt scheiden, maar het helpt wel om ze te onderscheiden, om zicht te krijgen op de verschillende functies die een leraar heeft, en al die handelingen waarover je als docent moet nadenken.

Landelijke competenties

Om het docentschap in de verschillende rollen goed te kunnen vervullen moet je dus over een breed scala aan competenties beschikken. Voor het beroep van leraar zijn daar landelijk afspraken over gemaakt. Deze landelijke competenties zijn opgedeeld in kennis, vaardigheden, motivatie en persoonskenmerken. Om startbekwaam te zijn als docent - het doel van de lerarenopleiding - moet je aantoonbaar over deze competenties beschikken en kunnen laten zien dat je de vier rollen voldoende in de praktijk kunt brengen.

Waarom aan de VU?

  • Stevige vakdidactische basis
    In de opleiding besteed je veel aandacht aan vakdidactiek. Je wordt opgeleid tot een professional die op verantwoorde wijze wetenschappelijke (vak)kennis bereikbaar maakt voor leerlingen.
  • Praktijkgerichte aanpak
    De vakdidactici van de masteropleiding hebben zelf veel ervaring in het lesgeven en zijn ook betrokken bij onderwijsvernieuwingen. Ze hebben aandacht voor jouw persoonlijke wensen en je kijkt samen naar wat jij nodig hebt om een inspirerende leraar te worden.
  • Helder programma gericht op jouw ontwikkeling
    De opleiding biedt een helder en samenhangend programma. Je persoonlijke ontwikkeling staat centraal. Voor wie al ervaring heeft als docent zijn er vrijstellingen mogelijk op basis van EVC's (eerder verworven competenties). Mis je juist nog kennis omdat je vooropleiding niet voor 100% aansluit? Dan kijken we samen naar hoe je eventuele deficiënties kunt wegwerken zonder extra kosten te maken. Zo volg je dus altijd op de meest efficiënte manier het traject dat het beste bij jou past.
  • Kleinschalig en persoonlijk
    De opleiding is kleinschalig en de lijnen zijn kort. Hierdoor is het altijd duidelijk wie je kunt aanschieten voor hulp of informatie. Je krijgt persoonlijke aandacht van je docenten en kunt bij hen terecht met al je vragen. 

En zo zijn er nog 10 pluspunten!

Verander je toekomst met de studie Leraar VHO in de Bètawetenschappen

Verander je toekomst met de studie Leraar VHO in de Bètawetenschappen

Ontdek je toekomstperspectief

Snel navigeren website Universitaire Lerarenopleidingen

Contact opnemen

Contact lerarenopleidingen voortgezet onderwijs
Vragen over de Universitaire Lerarenopleidingen? Stuur ons een e-mail via lerarenopleidingen@vu.nl.

Direct naar

Homepage Cultuur op de campus Sportcentrum VU Dashboard

Studie

Academische jaarkalender Studiegids Rooster Canvas

Uitgelicht

Doneer aan het VUfonds VU Magazine Ad Valvas Digitale toegankelijkheid

Over de VU

Contact en route Werken bij de VU Faculteiten Diensten
Privacy Disclaimer Veiligheid Webcolofon Cookies Webarchief

Copyright © 2025 - Vrije Universiteit Amsterdam