In ieder college staan steeds twee dichters centraal. Een klassieke én een hedendaagse dichter. Zo krijgt u een beeld van de ontwikkeling die de Nederlandstalige poëzie in de afgelopen honderd jaar heeft doorgemaakt. Indien mogelijk luistert u samen naar een geluidsopname of bekijkt u een korte videofilm. Ook krijgt u relevante biografische en bibliografische informatie aangeleverd. De te bespreken gedichten vindt u een week van tevoren in de digitale cursusomgeving MijnHOVO. Na afloop van het college deelt de docent daar ook zijn PowerPointpresentatie, inclusief een leeslijst.
In deze cursus staat het werk centraal van tien toonaangevende dichters uit de afgelopen honderd jaar, van Martinus Nijhoff tot Maud Vanhauwaert. Aan de hand van hun gedichten krijgt u een goed beeld van hoe de Nederlandstalige poëzie zich in de afgelopen decennia heeft ontwikkeld. Na afloop van deze cursus haalt u méér uit gedichten. U heeft toegang tot de veelzijdigheid van de Nederlandstalige poëzie en u ziet verbanden en herkent stromingen.
Opbouw
- College 1 - M. Nijhoff (1894 - 1953) + Esther Jansma (1958)
- College 2 - Gerrit Kouwenaar (1923 – 2014) + K. Michel (1958)
- College 3 - Hans Andreus (1926 - 1977) + Hester Knibbe (1948)
- College 4 - Hugo Claus (1929 – 2008) + Luuk Gruwez (1953)
- College 5 - Judith Herzberg (1934) + Maud Vanhauwaert (1984)
Onderwijsvorm: 5 hoorcolleges met gelegenheid tot het stellen van vragen en het uitwisselen van leeservaringen.
Literatuur: Digitale hand-outs.
Studiebelasting: Ongeveer een uur per week.
Verwachte voorkennis: Er zijn geen specifieke eisen aan vooropleiding en voorkennis
Meer over deze cursus
Inleiding
Data, kosten en inschrijven