1. Een wandeling in het (wetenschaps)park: heeft disciplinaire voorkennis invloed op leerreflecties van studenten?
Ervaringen staan centraal bij leren. In de aardrijkskunde betekent dit dat ervaringen in de buitenlucht van invloed kunnen zijn op het leerproces van studenten en de onderliggende domeinen: cognitief (kennis en vaardigheden), affectief (emotionele waarden) en conatief (motivationeel) (Scott, Humphries & Henri 2019). Vooral voor eerstejaars studenten kunnen motivationele aspecten cruciaal zijn voor hun studiegedrag en latere studievoortgang. Buitenleeractiviteiten kunnen zowel deductief als inductief worden toegepast - respectievelijk theorie voorafgaand aan ervaring of bewijs, of andersom (Shemwell, Chase & Schwartz 2014). In deze bijdrage onderzoeken we of de volgorde van een ervaringsgerichte leeractiviteit en plenaire lezing(en) over geografische disciplines van belang is voor het type en de diepte van de reflecties van eerstejaars aardrijkskundestudenten op deze leeractiviteit. In een randomized-control trial setting met interventies in de vorm van opdrachten in verschillende fasen van de cursus, onderzoeken we de reflecties van studenten die in kleine groepjes hun interpretaties bespreken van korte audio-opnames op vijf vaste plekken tijdens een wandeltocht op het Utrecht Science Park.
Deze geluidsopnames beschrijven geografische en ruimtelijke ordeningsvraagstukken vanuit vier verschillende disciplinaire invalshoeken: vanuit de stadsgeografie, de ruimtelijke ordening, de economische geografie en de culturele geografie. In wandelgroepjes van vier studenten luistert elke student naar één bepaalde 'stem' en wordt hem gevraagd deze te bespreken en te evalueren binnen zijn groep. Na afloop schrijven studentengroepen en individuele studenten een korte reflectie op deze leeractiviteit.
In deze interactieve presentatie wordt een overzicht gegeven van de literatuur, worden de opzet van de cursus, de setting en de geluidsopnames toegelicht en worden de eerste bevindingen en resultaten van de reflectieanalyses van de studenten besproken.
Door: Veronique Schutjens & Martijn Smit (Universiteit Utrecht)
Locatie: Vrije Universiteit Amsterdam
Taal: Engels
2. Verbetering van praktijkbeoordelingen: onderzoek naar navolgbare praktijkbeoordeling voor de eindstage van de opleiding verpleegkunde
Het tekort aan zorgprofessionals in Nederland is aanzienlijk, en de vraag naar gekwalificeerde verpleegkundigen blijft groeien. Jaarlijks studeren 250-300 verpleegkundestudenten af aan de Hogeschool Leiden, die zich inzetten voor de toekomst van de Nederlandse gezondheidszorg. Een groot deel van de verpleegkundige competenties ontwikkelen de studenten in de praktijk. Deze studenten worden ondersteund, gemonitord en aangestuurd door hun praktijkbegeleiders en docenten.
Aan het einde van de stageperiode vindt een beoordeling plaats. De praktijkbegeleiders geven een adviesbeoordeling, en een examinator legt de definitieve beoordeling vast op basis van een navolgbare onderbouwing van de adviesbeoordeling. Dit proces is bedoeld om de expertise van de opleiding en de praktijk te combineren: praktijkbegeleiders hebben het beste zicht op het leerproces van de student, maar zijn niet bevoegd om een eindoordeel te geven. De examinator van de opleiding is dat echter wel, maar staat niet naast de studenten in de praktijk en heeft daardoor niet direct zicht op hoe de studenten hun competenties in de praktijk ontwikkelen. Een belangrijke voorwaarde van dit proces is daarom dat: de adviesbeoordeling door de praktijk navolgbaar onderbouwd moet zijn.
Sinds het studiejaar 2024/2025 is de opleiding hbo-verpleegkunde aan de Hogeschool Leiden gestart met een onderzoek naar het verbeteren van de navolgbaarheid van beoordelingen. De onderzoekers werken samen met verschillende stakeholders, waaronder praktijkbegeleiders, examinatoren, studenten en commissies, om uitdagingen in kaart te brengen en mogelijke oplossingen te ontwikkelen. Dit wordt gedaan met behulp van o.a. interviews, oriënterende gesprekken en eerder gedane evaluaties. Daarbij wordt ook gekeken naar succesvolle voorbeelden van andere opleidingen en hogescholen om uiteindelijk een pratkische toolbox te ontwikkelen. De resultaten van dit onderzoek zijn niet alleen relevant voor de verpleegkunde opleiding, maar kunnen breder worden toegepast bij andere beroepsopleidingen, waarbij stage een onderdeel van afstuderen vormt.
In deze interactieve presentatie wordt een overzicht gegeven van het onderzoek.
Door: Lu Wang (Hogeschool Leiden)
Locatie: Vrije Universiteit Amsterdam
Taal: Engels
3. Studenten betrekken bij duurzame ontwikkelingsdoelen: een performatieve educatieve toolkit met virtual reality simulaties, brieven aan de toekomst en een SDG strategie opdracht
De Principles for Responsible Management Education (PRME) van de VN hebben als doel de Sustainable Development Goals te realiseren door middel van verantwoord managementonderwijs. Recente rapporten laten echter zien dat veel SDG's niet worden gehaald en dat er zelfs sprake is van overschrijding van een aantal belangrijke doelen. Om bottom-up betrokkenheid bij de SDG's te verzekeren, is er een duidelijke behoefte aan een op feiten gebaseerde performatieve onderwijstoolkit.
In een samenwerking tussen Rotterdam School of Management (RSM) en Tilburg University hebben we een evidence-based lespakket ontwikkeld om de betrokkenheid van studenten bij de SDG's te vergroten, met concrete educatieve artefacten als resultaat. Specifiek is het performatieve pakket, gebaseerd op theorieën uit de positieve psychologie, gericht op het induceren van intenties en daadwerkelijke gedragsverandering, met behulp van zelftranscendente doelen. Het educatieve pakket bestaat uit de inductie van (1) het overzichtseffect (OE) met behulp van virtual reality simulaties, (2) een brief aan de toekomst (LF, d.w.z. schrijven over de ideale wereld, deze afzetten tegen de wereld die zal ontstaan als we niets veranderen; zowel schrijven als over concrete doelen om bij te dragen aan deze ideale wereld) en (3) een SDG-posteropdracht om positieve (strategische) verandering voor wicked problems te stimuleren. Gebaseerd op inzichten uit de positieve psychologie stellen we voor dat dit onderwijspakket manieren biedt om een zelftranscendent handelingsrepertoire te vergroten, en mogelijk maatschappelijke verandering op gang te brengen. Het pakket kan deel uitmaken van een pedagogische toolkit om menselijke agency te versterken en het opbouwen van goede intenties voor duurzame gedragsverandering te bevorderen.
In deze interactieve presentatie geven we voorbeelden van hoe dit educatieve pakket in het curriculum kan worden geïntegreerd. Met de deelnemers zullen we interactief onderzoeken of en hoe onderwijsprofessionals dit in het curriculum en/of hun lessen kunnen integreren.
Door: Michaéla C. Schippers, Rob van Tulder, Max Louwerse & Desiderio Cano Porras (Erasmus Universiteit Rotterdam)
Locatie: Vrije Universiteit Amsterdam
Taal: Engels