Onderwijs Onderzoek Actueel Organisatie en samenwerking EN
Login als
Studiekiezer Student Medewerker
Bachelor Master VU voor Professionals
Studentenbalie HOVO Amsterdam VU-NT2 VU Graduate Winter School Honoursprogramma Universitaire lerarenopleiding
Promoveren aan de VU Uitgelicht onderzoek Prijzen en onderscheidingen
Onderzoeksinstituten Onze wetenschappers Research Impact Support Portal Impact maken
Nieuws Agenda Energie in transitie
Israël en Palestijnse gebieden Vrouwen aan de top Cultuur op de campus
Praktische informatie VU en innovatiedistrict Zuidas Missie en Kernwaarden
Organisatie Samenwerking Alumni Universiteitsbibliotheek Werken bij de VU
Sorry! The information you are looking for is only available in Dutch.
Deze opleiding is opgeslagen in Mijn Studiekeuze.
Er is iets fout gegaan bij het uitvoeren van het verzoek.
Er is iets fout gegaan bij het uitvoeren van het verzoek.

Probleemgestuurd onderwijs

Laatst gewijzigd op 12 augustus 2024
Bij probleemgestuurd onderwijs (PGO), ook wel Problem Based Learning, werken studenten in groepen van ongeveer twaalf tot vijftien studenten wekelijks en gestructureerd aan problemen uit de echte wereld en leren al doende theorieën, concepten en principes kennen. PGO stimuleert daarmee kritisch denken, het probleemoplossend vermogen en samenwerkings- en communicatievaardigheden.

PGO past in elke onderwijssetting en biedt ook de mogelijkheid tot groepswerk. PGO heeft haar oorsprong in het medisch onderwijs, specifiek bij de Universiteit Maastricht.

PGO in groepen bestaat meestal uit een cyclus van zeven stappen:

  1. Onbekende terminologie verduidelijken in de probleembeschrijving;
  2. Het probleem definiëren in de vorm van een of meer vragen;
  3. Brainstormen (en voorkennis activeren) – zoveel mogelijk creatieve ideeën en hypotheses bedenken;
  4. Het probleem analyseren door de hypotheses uit stap drie te analyseren en bediscussiëren;
  5. Leerdoelen opstellen in de vorm van vragen, gebaseerd op welke kennis de groep nog niet in huis heeft. Dit blijkt uit onduidelijkheden en vragen uit de probleemanalyse;
  6. Zelfstudie, waarbij de groepsleden relevante literatuur zoeken die de vragen uit stap vijf kunnen beantwoorden. En voorbereiden om de nieuwe inzichten te delen in de volgende bijeenkomst. 
  7. Rapportage van de groepsleden over hun bronnen en inzichten, waarna ze discussiëren over de leerdoelen in verband daarmee. De groep integreert de informatie uit verschillende bronnen met elkaar.

PGO kan als overkoepelende methode gebruikt worden voor een gehele cursus, maar ook op kleinere schaal, bijvoorbeeld tijdens een enkele les, of om een discussie te starten. PGO kan met wat creativiteit op elk onderwerp toegepast worden. In de praktijk verschillen de soorten problemen die aan bod komen per discipline of vak, maar de kenmerken van een effectief probleem voor PGO zijn wel vakoverstijgend. 

Belangrijk is dat de op te lossen problemen echt en relevant zijn. Inspiratie kan worden gevonden in situaties of vraagstellingen uit de beroepspraktijk, de wetenschap of maatschappelijke ontwikkelingen. Problemen kunnen geïllustreerd worden door informatie uit bijvoorbeeld (vak)tijdschriften, boeken, televisie, films en kranten. Soms is het nodig om het probleem te herschrijven voor de opdracht, bijvoorbeeld door het af te kaderen en behapbaar te maken voor een uitwerking in relatief korte tijd. 

Het probleem:

  • Motiveert studenten om dieper begrip voor concepten en onderwerpen te krijgen;
  • Stimuleert studenten om onderbouwde keuzes te maken en deze te kunnen verdedigen;
  • Bevat inhoudelijke doelen die verbonden zijn met voorkennis en eerdere lessen of cursussen;
  • Heeft genoeg complexiteit, waardoor studenten gaan samenwerken om het op te lossen (voor groepsprojecten);
  • Als het gaat om een project met meerdere fases, dan zijn de eerste stappen niet vast of al gedefinieerd, maar open genoeg om studenten te activeren en mee te doen.

PGO wordt op zichzelf niet toegepast bij de VU, maar elementen van PGO komen wel op veel plaatsen terug. Bijvoorbeeld binnen Case based onderwijs bij de School of Business en Economics of bij de Faculteit der Sociale Wetenschappen. In Case based onderwijs, krijgen studenten problemen gepresenteerd in de vorm van verhalen en is de analyse of oplossingsstructuur veel losser dan bij PGO.

Je kunt PGO ook beschouwen als een specifieke subvorm van Challenge based onderwijs. Bij PGO is de omvang van het probleem sterk gereduceerd ten opzichte van Challenge based 0nderwijs.

Meer lezen?

  • Duch, B. J., Groh, S. E, & Allen, D. E. (Eds.). (2001). The power of problem-based learning. Sterling, VA: Stylus.
  • Wood, D. F. (2003). Problem based learning. BMJ : British Medical Journal, 326(7384), 328–330.
  • Barnes, L. B., Christensen, C. R., & Hansen, A. J. (1994). Teaching and the Case Method: Text, Cases, and Readings (Third edition). Harvard Business Review Press.
  • Stanley, T. (2019). Case Studies and Case-Based Learning: Inquiry and Authentic Learning That Encourages 21st-Century Skills. Prufrock Press.

Direct naar

Homepage Cultuur op de campus Sportcentrum VU Dashboard

Studie

Academische jaarkalender Studiegids Rooster Canvas

Uitgelicht

Doneer aan het VUfonds VU Magazine Ad Valvas

Over de VU

Contact en route Werken bij de VU Faculteiten Diensten
Privacy Disclaimer Veiligheid Webcolofon Cookies Webarchief

Copyright © 2024 - Vrije Universiteit Amsterdam