In dit artikel vertelt ze over haar ervaringen op de conferentie, de gesprekken die haar aan het denken zetten en haar visie op de toekomst van leren.
In de pas blijven met de trends
Laten we eerlijk zijn, bibliotheken hebben een reputatieprobleem. Ze worden vaak gezien als stille, statische plekken. Maar achter de schermen van de Universiteitsbibliotheek van VU Amsterdam is de realiteit helemaal anders.
Bibliotheken zoals de onze spelen een cruciale rol in het onderwijs door tools en middelen te bieden die het mogelijk maken om het hoger onderwijs up-to-date en fris te houden. Dit omvat XR (Extended Realitiy)- en VR (Virtual Reality)-omgevingen die bijvoorbeeld rechtenstudenten in staat stellen om deel te nemen aan interactieve leerervaringen, zoals pleiten in een realistische rechtszaal. Of 3D-geprinte onderwijshulpmiddelen die concepten tot leven brengen, zoals een set kleine toiletpotten—onderdeel van een verzameling avatars die zijn gecreëerd voor het bordspel Oorzaken van Ongelijkheid, ontworpen om discussie en betrokkenheid te stimuleren. En laten we onze unieke erfgoedcollecties niet vergeten, die het verleden en het heden met elkaar verbinden en onderwijs op betekenisvolle manieren met de geschiedenis verbinden.
Via samenwerkingen, zoals met het VU Centre for Teaching and Learning (VU CTL), helpen we docenten ook nieuwe tools, zoals AI en andere technologieën, te gebruiken om hun onderwijs te verbeteren. Of we bieden hulp en ondersteuning bij open onderwijs.
Dus universiteitsbibliotheken gaan niet alleen over het opslaan van boeken. Ze zorgen ervoor dat onderwijs fris blijft en klaar is voor de toekomst. We zorgen ervoor dat we altijd bij de trends blijven om voorop te lopen.
Tech en onderwijs: een match of een hype?
Een van de meest besproken vragen op de conferentie was of we tech-optimisten of -pessimisten moesten zijn. De edtech-professionals met wie ik sprak, waren vaak heel optimistisch en zagen AI als de ultieme probleemoplosser in onderwijs. Ze geloofden dat technologie kwesties zoals toegankelijkheid, betrokkenheid en personalisatie kon aanpakken, met oplossingen die traditionele methoden nooit zouden kunnen bieden. Aan de andere kant waren veel docenten kritischer, zelfs sceptisch. Hun bezorgdheid ging verder dan de vraag of AI werkt, naar de vraag hoe het onderwijs op onbedoelde manieren zou kunnen beïnvloeden. Zou het ongelijkheden versterken? Zou het de focus van de menselijke aspecten van onderwijs afleiden? Terechte vragen natuurlijk.
Uit mijn ervaring merk ik dat docenten zich vaak ongemakkelijk voelen bij tools zoals ChatGPT, omdat ze raken aan de controle over wat hun studenten leren. Maar zoals spreker Gerd Leonhard opmerkte: “AI is ons brein geworden, maar willen we echt dat onze studenten alleen maar een brein zijn?” Zijn boodschap was duidelijk: we moeten ons richten op het creëren van leeromgevingen die studenten aanmoedigen om kritisch na te denken en analytische professionals te worden. En AI dient hierbij als hulpmiddel om dat proces te verbeteren, in plaats van het te vervangen.