Het Osteroratorium (BWV 249; 1735), oftewel Paasoratorium, is om meerdere redenen een buitenbeentje onder de oratoria van Johann Sebastian Bach (1685-1750). Ten eerste is het werk, met een speelduur van ongeveer 40 minuten, aanzienlijk korter dan de twee avondvullende passies voor Goede Vrijdag of het Weihnachtsoratorium, dat in Bachs tijd verspreid over zes verschillende dagen werd uitgevoerd. Belangrijker dan de lengte is echter het ontbreken van twee vertrouwde elementen die centraal staan in de passies en het Weihnachtsoratorium: het Bijbelwoord en het koraal. Hierdoor komt het Osteroratorium 'moderner' over dan Bachs beroemdere werken.
Tijdens de studiedag gaat Marcel Zwitser in op de ontstaansgeschiedenis van dit werk, een proces dat zich over ongeveer een decennium uitstrekte. Hij bespreekt de tekst van het Osteroratorium tegen de achtergrond van de filosofische en theologische opvattingen uit die periode. Het voornaamste doel van de dag is echter om door middel van deze inzichten de muziek van Bach nog levendiger te laten spreken. Natuurlijk wordt er ook regelmatig de tijd genomen om te luisteren naar Bachs weergaloze muziek.
Onderwijsvorm: 1 hoorcollege met ruimte voor vragen na afloop.
Literatuur: Gedrukte syllabus.
Studiebelasting: nihil.
Verwachte voorkennis: Er zijn geen specifieke eisen aan vooropleiding en voorkennis.
Meer over deze studiedag
Inleiding
Data, kosten en inschrijven