Datum: 15 januari 2025
Wat is uw vakgebied en wat maakt dit vakgebied zo de moeite waard voor u?
Ik ben historicus en heb bijna veertig jaar als onderzoeker bij het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie in Amsterdam gewerkt. De veranderingen in de beeldvorming van de bezettingsgeschiedenis, het onderwerp van de cursus die ik in maart 2025 voor HOVO geef, heb ik dus zelf meegemaakt. Wat de oorlog zo fascinerend maakt, is dat de bizarre realiteit van toen nog veel ongelofelijker is dan onze wildste fantasie. En: als de morele vraag naar ‘goed of fout’ eenmaal is gesteld, moet die ook worden beantwoord.
Hoe deelt u uw passie hiervoor met cursisten?
In mijn ogen moet een historicus vooral een verteller zijn van ware verhalen. Ik probeer mijn cursisten door middel van die verhalen te laten leren van de realiteit van toen, maar niet vanuit een positie van identificatie. Want gelukkig kunnen we het ons niet voorstellen om bij voorbeeld slachtoffer van vervolging te zijn. We moeten de allerhoogste integendeel uiterst dankbaar zijn, dat we het ons in het geheel niet kunnen voorstellen om echt slachtoffer te zijn.
Wat inspireert u het meest in het lesgeven aan volwassenen?
Toen ik een jongeman was, dacht ik vooral: ik doe geschiedenis, maar ik wil nooit en te nimmer voor de klas. Daaraan was niet vreemd, dat ik in mijn jeugd sterk stotterde. Ook nadat ik dankzij een therapeute die handicap had overwonnen, aarzelde ik sterk of ik zou gaan lesgeven. Maar toen ik dat eenmaal moest gaan doen aan de UvA, ontdekte ik dat niets me meer bevrediging gaf dan lesgeven.
Mijn mooiste ervaring? Dat was met een al zeer volwassen student aan wie ik vroeg waarom hij mijn keuzevak had gekozen. Hij zei toen: “Om te vechten voor een betere wereld, meneer”. En dat is hij nog echt gaan doen ook. Hij werkt bij de Wereldbank en zet zich in voor de verschoppelingen van deze wereld. Hij maakt me nog steeds trots.
Na mijn pensionering eind 2022 merkte ik dat het lesgeven vreselijk miste. Daarom ben ik heel blij om nu bij HOVO te mogen komen werken.
Welke rol ziet u weggelegd voor volwasseneneducatie in de samenleving van vandaag? Hoe draagt uw werk als docent bij aan het vervullen van die rol?
HOVO is een succesverhaal, dat laat zien dat ook volwassenen gelukkig leergierig blijven, en zelf willen leren, want internet en de sociale media zijn paradijzen voor dwazen. Als je wilt blijven meedoen, moet je leren informatie te schiften, het kaf van het koren te scheiden. En dat kun je weer leren door geschiedenis te beoefenen. Het mooiste wat je daarbij kunt voelen is wat de grootste Nederlandse historicus aller tijden Johan Huizinga de historische sensatie heeft genoemd; namelijk dat je in een flits het gevoel krijgt van onmiddellijk contact met het verleden. Dat kan gebeuren door middel van een voorwerp, een locatie, maar ook door een document of een verhaal.
Ik denk dat de Franse schrijver Marcel Proust met zijn verhaal over het Madeleine-koekje hetzelfde heeft bedoeld. Toen zijn moeder hem een keer thee gaf met zo’n koekje, bracht dat koekje een onstuitbare stroom van herinneringen op gang. Proust stond toen weer als kind in het huis van tante Leonie, die hem bij de thee een Madeleine gaf. Hij vergeleek zijn herinneringen met zo’n Japanse papieren bloem die zich in water prachtig openvouwt. Als ik zo’n sensatie bij cursisten kan oproepen, dan ben ik geslaagd. Daar ga ik mijn uiterste best voor doen.