Fragment uit: ‘Het is ons een eer en een genoegen: eredoctoraten aan de Vrije Universiteit sinds 1930’ van Wim Berkelaar.
‘De eerste jaren van zijn hoogleraarschap genoot Foias bescherming van zijn invloedrijke leermeester Miron Nicolescu. Maar toen die in 1975 stierf werd hij gedwongen te schipperen om de toorn van het regime niet over zich af te roepen. Foias zinde op een mogelijkheid het land te verlaten. Hij schreef een paper met de wiskundige dochter van Ceauçescu – geen fake, zoals haar ‘scheikundige’ moeder. Dat hielp. Foias kreeg een visum voor een congres in Helsinki en vluchtte vandaar naar Parijs.
Zo groot was zijn faam dat hij onmiddellijk een professoraat kreeg aangeboden in Parijs. Die faam ontleende Foias aan zijn ‘uitzonderlijke bijdragen aan de fundamentele en toegepaste wiskunde met verstrekkende en door hem ook uitgewerkte implicaties voor de mathematische fysica, voor de economische wetenschappen en voor ingenieurswetenschappen’, zoals decaan van de Faculteit der Exacte Wetenschappen prof. dr. M.A. Kaashoek het op 9 april 1999 formuleerde in zijn voorstel Foias in 2000 een eredoctoraat toe te kennen. Foias’ beoefening van de wiskunde, zo voegde Kaashoek eraan toe, was niet alleen ‘buitengewoon boeiend’, maar paste ook goed bij het profiel van de Vrije Universiteit, ‘dat wetenschapsbeoefening plaatst in een ruimer kader van dienstverlening’. […]
Foias toonde zich tegenover het College van Decanen, ‘strongly moved’ over het eredoctoraat. Aan de vooravond van de uitreiking vond te zijner ere een tweedaags congres plaats waarin zijn werk centraal stond.’
Lees de volledige tekst over het eredoctoraat voor Ciprian Foias in ‘Het is ons een eer en een genoegen: eredoctoraten aan de Vrije Universiteit sinds 1930’ van Wim Berkelaar.