De informatie die nu volgt is enkel van toepassing op studenten die voor 1 september 2021 met de coschappen gestart zijn. Ben je wel voor 1 september 2021 met de coschappen gestart, maar heb je je studie tijdelijk onderbroken? Kijk dan goed bij welke groep je weer instroomt: voor groep C2021-01 of later geldt dat je je studie in programmatisch toetsen vervolgt.
KTO
In het KTO is er expliciet tijd en aandacht voor klinisch redeneren op basis van een aantal klinische condities en bijbehorende ziektebeelden en voor het aanleren van discipline specifieke vaardigheden.
Toets functioneren op de werkplek (FOW) KTO
Bij deze toets word je door de beoordelaar (docent KTO) beoordeeld op je functioneren in het KTO, je professioneel gedrag en de mate van zelfstandigheid. Je krijgt feedback (sterke punten en verbeterpunten) op de competentiedomeinen. De beoordelaar maakt hierbij gebruik van het ingevulde feedbackboekje voor het onderdeel KTO. Naar aanleiding hiervan formuleer je leerdoelen, die je meeneemt naar het coschap.
Entreetoets
De entreetoets is een digitale casusgestuurde computertoets, bestaande uit multiple-choice-vragen, multiple-response vragen en open vragen met korte antwoorden. De entreetoets meet je kennis en jouw vermogen tot klinisch redeneren. Met het resultaat kun je hiaten in je kennis vaststellen.
Zowel de FOW KTO als de entreetoets is formatief en derhalve bedoeld om richting te geven aan je leerproces. Naar aanleiding van beide toetsen formuleer je leerdoelen die je tijdens het KTO met de KTO-docent bespreekt en bij aanvang van het coschap ook doorneemt met de coschap begeleider. De leerdoelen neem je op in het portfolio.
Coschap
Tijdens de coschappen maak je deel uit van het (poli)klinisch behandelteam en voer je onder supervisie, zelfstandig taken uit. De volgende beoordelingen vinden plaats:
- Stagebeoordeling Coschap (STB-Coschap): deze beoordeling bestaat 2 deeltoetsen die je beide met een voldoende dient af te sluiten om voor de toets Stagebeoordeling Coschap een voldoende te krijgen. Het uiteindelijke cijfer voor de toets STB Coschap wordt berekend uit de cijfers voor beide deeltoetsen:
- Functioneren op de werkplek, inclusief professioneel gedrag (FOW): de toets functioneren op de werkplek richt zich, naast een beoordeling van professioneel gedrag, op jouw prestaties in de authentieke werksituatie Tijdens het coschap verzamel je feedback op beroepssituaties zoals klinische consulten, farmacotherapeutische consulten, referaten, patiëntpresentaties, PICO’s en klinische vaardigheden. Deze feedback wordt verzameld in een zogenaamd digitaal portfolio en geeft een beeld van het niveau van kennis, vaardigheden en gedrag. De verzamelde feedback levert input voor de toets functioneren op de werkplek.
- Klinisch redeneren: de toets klinisch redeneren is een mondelinge of, bij kortere coschappen, schriftelijke toets en wordt aan het einde van het coschap afgenomen. Je wordt beoordeeld op je vermogen tot klinisch redeneren binnen de discipline. Hiermee wordt ook jouw kennisniveau beoordeeld.
Profileringsruimte
Het profileringsjaar, het laatste jaar van de opleiding, kun je op verschillende manieren invullen. De stages die onder het profileringsjaar vallen zijn: Keuzeonderwijs, Wetenschappelijke stage en Semi-artsstage. Het keuzeonderwijs kan afzonderlijk gevolgd worden, maar kan ook gekoppeld worden aan een de wetenschappelijke stage, waardoor de zogenaamde verlengde wetenschappelijke stage ontstaat. De volgende beoordelingen vinden tijdens het profileringsjaar plaats:
- Stagebeoordeling semi-artsstage: met de stagebeoordeling semi-artsstage wordt jouw functioneren als semi-arts op de werkplek beoordeeld. Er vindt een tussenbeoordeling plaats na 6 weken en een eindbeoordeling aan het einde van het 16-weekse coschap. Via het digitaal portfolio verzamel je feedback op klinische beoordelingen, farmacotherapeutische consulten, uitvoeren van discipline specifieke vaardigheden, referaten en PICO alsook een klinische les. Ook houd je een persoonlijk ontwikkelplan bij.
- Toets (verlengde) wetenschappelijke stage: halverwege de wetenschappelijke stage krijg je een tussenbeoordeling. Aan het eind van de wetenschappelijke stage word je beoordeeld op drie verschillende punten (het stageproces, de presentatie en het stageverslag). De begeleider bespreekt tevens jouw reflectieverslag met je. De definitieve eindbeoordeling vindt voor interne stages plaats door een onafhankelijk referent van de Commissie Wetenschappelijke stages.
- Toets keuzeonderwijs: je kiest voor het keuzeonderwijs een of twee verschillende keuzeonderwijs modules. Elke module wordt afzonderlijk getoetst met het ‘Beoordelingsformulier keuzeonderwijs’. Per module keuzeonderwijs wordt een beoordeling (v/o) gegeven. Alle keuzeonderwijs modules dienen met een voldoende beoordeeld te zijn. Voor het keuzeonderwijs dat wordt ingezet als verlenging van de wetenschappelijke stage zie Toets (verlengde) wetenschappelijke stage hierboven.
Longitudinale toetsing
Tijdens de masteropleiding loopt het onderwijs professionele ontwikkeling longitudinaal door het gehele programma. Je wordt getoetst middels de toets portfolio en het landelijk voortgangstentamen. Het portfolio en het landelijke voortgangstentamen worden op vaste punten tijdens de opleiding beoordeeld.
- Toets portfolio: het portfolio is een instrument om je groei in professionele ontwikkeling te begeleiden en te beoordelen. Via het digitaal portfolio houd je je eigen professionele ontwikkeling bij. Per coschap formuleer je leerdoelen en werk je daar aan. Je krijgt gedurende de coschappen feedback en wordt getoetst; naar aanleiding hiervan kun je sterke- en ontwikkelpunten beschrijven. Elk jaar maak je via het individueel ontwikkelingsplan (IOP) de balans op en kijk je terug en blik je vooruit zodat je steeds progressie maakt. Je tutor geeft op basis van het IOP en de verzamelde informatie in het portfolio een advies aan de examinator professionele ontwikkeling: voldaan, twijfel, niet voldaan. De examinator beoordeelt de portfolio's met een voldaan of niet voldaan. Aanwezigheid bij intervisie en symposia zijn ook onderdelen van de toets portfolio.
- Landelijk voortgangstentamen (iVGT = interuniversitaire voortgangstoets): het voortgangstentamen is een landelijke, interfacultaire schriftelijke toets die vier keer per jaar wordt afgenomen in elk jaar van de masteropleiding. De toets meet je voortgang in kennisontwikkeling gedurende de studie door jouw kennisniveau te meten en bij de waardering het niveau van de basisarts als referentiekader te kiezen. Iedere voortgangstoets kan beoordeeld worden met een onvoldoende, voldoende of goed.
Meer informatie?
Uitgebreide informatie per studieonderdeel vind je in de studiegids 2022-2023 of op de betreffende course op Canvas (onder het kopje Assessment) of in het Onderwijs- en Examenreglement.