Kun je wat over jezelf vertellen?
‘Al sinds de start van mijn studie ben ik geïnteresseerd in onderwijs. Ik heb Toegepaste Onderwijskunde gestudeerd aan de Universiteit Twente en daarna in diverse beleidsfuncties gewerkt. Bij de faculteit Geneeskunde in het AMC (nu Amsterdam UMC), bij Colo (nu Kenniscentrum Beroepsonderwijs Bedrijfsleven) en bij de Hogeschool van Rotterdam.’
‘Ik heb me in al deze posities beziggehouden met onderwijstoezicht. Door middel van toezicht controleert de onderwijsinspectie of het onderwijs aan vooropgestelde normen en verwachtingen voldoet, zodat studenten en scholieren de best mogelijke leerervaring krijgen.’
‘Toen er een vacature bij de UT voorbijkwam voor een promotieplek naar de effecten van onderwijstoezicht was dat voor mij een unieke kans om me als wetenschapper te buigen over de vraag of onderwijstoezicht ook bijdraagt aan het functioneren van scholen en onderwijsinstellingen en het leren van kinderen en jongvolwassenen.’
‘Wat ik leuk en fascinerend vind aan het onderzoeken van onderwijstoezicht, is dat je daarbinnen meerdere disciplines nodig hebt. De psychologie, omdat je de relaties tussen toezichthouders en de schoolleiding onderzoekt. De bestuurskunde, omdat je moet weten hoe toezicht binnen ons democratische systeem past en de sociologie die ons helpt begrijpen hoe toezicht het onderwijssysteem beïnvloedt en hoe toezichtsrichtlijnen een normerend effect hebben op de invulling van onderwijs en de ontwikkeling van organisaties. Kortom: het komt neer op het begrijpen van menselijke relaties, politiek en de manier waarop ons onderwijssysteem werkt.’
Waar doe je onderzoek naar?
‘Het effect van onderwijstoezicht op scholen en schoolverbetering is altijd een belangrijk thema in mijn werk geweest. Momenteel doe ik onderzoek naar de wijze waarop toezicht en externe kwaliteitsstandaarden het werk van leraren beïnvloedt en hoe zij deze standaarden interpreteren in zes landen: Zuid Afrika, Honduras, India, Pakistan, Afghanistan en Nepal. Samen met een team van onderzoekers proberen we te begrijpen waarom sommige leerkrachten strikt de regels volgen over hoe ze les moeten geven, terwijl anderen deze regels aanpassen aan wat hun leerlingen aan kunnen en nodig hebben. We zien dat de schoolleiding hierin een grote rol speelt, maar ook de ouders van leerlingen, de tijd, middelen en kennis die beschikbaar is op scholen en de professionele achtergrond en opvattingen van de leraren over hun beroep.’
Hoe zou jij met jouw verhaal en carrière andere jonge vrouwelijke wetenschappers kunnen inspireren?
‘Ik ben heel blij met de variëteit in functies die ik tot nu toe heb gehad en vooral ook met de waardevolle ervaringen in het buitenland. Daardoor heb ik veel ideeën opgedaan voor mijn eigen onderwijs en hoe we studenten goed kunnen opleiden tot kritische en goed geïnformeerde denkers. Ook bouwde ik hierdoor aan mijn netwerk waar ik nog steeds profijt van heb’.
‘Ik hoop dat jonge wetenschappers, en niet alleen vrouwen, ook die kansen hebben en nemen. Kijk en ga vooral buiten je eigen comfort zone, dan ontdek je wat je kunt en hoe je verder komt.’
Wat zou je jezelf adviseren als je nu 18 jaar was?
‘Soms mis je kansen of neem je een verkeerde afslag, maar dat hoort bij het leven en uiteindelijk moet je er het beste van maken. Elke levensfase komt weer met andere wensen en verwachtingen over wat je interesseert en wat je belangrijk vindt en het is mooi om daar ruimte aan te kunnen geven.’
Beeld: NRO