SamenWelZijn: Lokaal krachten bundelen voor beter welbevinden

Meer informatie

• Team

  Het projectteam bestaat uit:

  • Dr. Lieselot Vandenbussche (Athena Institute, Vrije Universiteit Amsterdam)
  • Gianna Marsman (Athena Institute, Vrije Universiteit Amsterdam)
  • Dr. Koen Bartels (Department of Public Administration and Policy, University of Birmingham)
  • Marieke Koot (National Partnership for Active Residents)
  • Dr. Lasse Gerrits (Institute for Housing and Urban Development Studies, Erasmus University Rotterdam)
  • Dr. Miriam Heijnders (National Knowledge Network Wellbeing on Prescription)
  • Dr. Debraj Roy (Computational Science, University of Amsterdam)
  • Dr. Tjerk-Jan Schuitmaker-Warnaar (Institute for Interdisciplinary Studies, University of Amsterdam)
  • Eric Dignum (Computational Science, University of Amsterdam)

• Onderzoeksactiviteiten

  We voeren dit onderzoek uit in Geuzenveld-Slotermeer in Amsterdam en Bospoort in Ede. Er zijn verschillende fases te onderscheiden in dit project:

  Zomer van 2024: verkennen en kennismaken met de buurt
  We brengen werkbezoeken aan bewoners, bewonersinitiatieven en lokale partners om te leren over het sociaal weefsel en welbevinden in de buurt. We houden ook diepte-interviews met hen. Onder andere over hun ervaringen rondom het sociaal weefsel en welbevinden in de wijk, over hun ervaringen met de aanpak van welbevinden in de buurt, en met Welzijn op Recept en over de kansen en complexiteiten rondom welbevinden. 

  Najaar 2024: visievorming over zorgzame buurten
  De nadruk ligt in deze fase op gezamenlijk vragen bepalen, kennis delen en gezamenlijke beeld krijgen van lokale krachten en waarden van de buurt, en rondom wat een zorgzame buurt en warme plekken betekenen. In het licht van deze visievorming organiseren we in beide buurten werksessies met bewoners, bewonersinitiatieven, welzijns- en zorgorganisaties en gemeenteprofessionals

  Voorjaar 2025: ontwerpen van ontwikkel- en veranderpad
  In deze fase werken we aan het ontwikkelen van acties en interventies t.b.v. het versterken van warme plekken en het versterken van de lokale wederzijdse verbinding tussen lokale initiatieven en Welzijn op Recept. Dat gezamenlijk leren en werken geven we vorm in de organisatie van verschillende gezamenlijke werksessies.

  Voorjaar 2025: implementeren ontwikkelde acties en interventies
  We brengen in deze fase werkbezoeken, met als doel samen te bespreken wat goed gaat, en wat nog uitdagingen stelt. Daaraan gekoppeld zijn er ook intervisiegesprekken.

  Najaar 2025 – voorjaar 2026: formuleren van lessen
  In deze fase formuleren we gezamenlijk lessen t.a.v. de lokale samenwerking voor zorgzame buurten en t.a.v. de verbinding van Welzijn op Recept met de lokale gemeenschap, en breder: lessen voor een transitie richting een sociaal model van welzijn. We doen dit opnieuw in werksessies (Living Labs). We bespreken daarbij ook hoe deze lessen verzegeld kunnen worden voor de toekomst.

  Tijdens al deze fases werken we met agent-based modelleren. Deze methode helpt met het inzichtelijk maken van de wisselwerkingen tussen individueel welbevinden en lokale veerkracht, de rol van lokale initiatieven en Welzijn op Recept daarin. We werken met deze modellen in de Living Labs en maken er actief gebruik van om zogenaamde ‘leverage points’ vast te stellen: aanknopingspunten om positieve wisselwerking te activeren.

• Beoogde lessen en resultaten

  • In lokale Transition Roadmaps formuleren we acties en interventies gericht op het versterken en verdiepen van lokale verbindingen tussen Welzijn op Recept en de lokale gemeenschap en lokale bewonersinitiatieven.
  • We werken ook een agenda uit om de uitgewerkte acties en interventies duurzaam te verankeren zodat verbindingen tussen Welzijn op Recept en wijk stevig kunnen blijven en zo een gezamenlijke lokale aanpak van welbevinden in de buurt behouden en verder uitgebouwd kan worden.
  • Het project resulteert verder in een systemische Transition Roadmap waarin meer systemische lessen en bevindingen worden opgenomen over hoe lokale partijen gezamenlijk kunnen werken aan het verbeteren van welbevinden en een transitie kunnen faciliteren richting een sociaal model van welzijn.