Als gevolg van de verschuiving van basiszorg naar perifere ziekenhuizen, zelfstandige (privé) klinieken en lokale gezondheidscentra zien we dat het UMC niet altijd meer de juiste onderwijsomgeving biedt die nodig is om geneeskundestudenten basisvaardigheden aan te leren. Om die reden zijn wij in 2022 gestart met het opzetten van een regionaal en lokaal opleidingsnetwerk en het maken van een herontwerp van de geneeskundeopleiding. De bachelor geneeskunde wordt in de komende jaren herzien, en de master geneeskunde wordt op dit moment omgevormd met als doel basisartsen op te leiden die goed passen bij het nieuwe zorglandschap. Een gevolg hiervan is dat een deel van het masteronderwijs zal worden verplaatst naar het zorglandschap buiten de muren van het ziekenhuis. In samenwerking met SIGRA, ZWplus, de NoordWest Ziekenhuisgroep en GGD Amsterdam werken we aan de opzet van de proeftuin 'Opleiden in een Veranderend Zorglandschap'. Deze proeftuin dient als pilot voor een volledig herontwerp van de master geneeskunde, waarbij de focus komt te liggen op een integrale benadering van de patiënt. De coassistent zal in deze pilot meer leren over de structuur van het zorglandschap, de invloed van de sociaal-maatschappelijke situatie van de patiënt op ziekteontwikkeling en de route die patiënten doorlopen. Daarnaast zal er in de proeftuin meer focus liggen op het belang van medische technologie, data en AI in de modernisering van zorgprocessen. Door de samenwerking met zelfstandige klinieken te gaan uitbouwen zullen afgestudeerde basisartsen kennismaken met effectieve zorgsystemen en de rol van ondernemen in de zorg.
Uitgangspunten van de proeftuin zijn:
Meer regie & patiënt casuïstiek voor de student
Meer eerstelijnszorg als basis
Meer onderwijs op plekken waar dat nu nog minder gebeurt
Opleiden in zorgnetwerken vergt een andere kijk op het opleiden van docenten
Studenten geneeskunde zullen steeds vaker binnen een zorgnetwerk in interdisciplinaire en interprofessionele teams worden opgeleid. Het opleiden in één gebouw wordt steeds minder makkelijk omdat patiënten tijdens hun zorgproces langs verschillende zorginstanties reizen. Dit betekent dat de docenten in onze opleidingen zich vaker buiten Amsterdam UMC zullen bevinden, en dat we collega’s in de regio moeten professionaliseren op het gebied van didactische vaardigheden. Om hierop te anticiperen zal een opleidingsnetwerk in de regio moeten worden opgezet, en is er in samenwerking met het Center for Teaching and Learning van de VU Amsterdam en ACTA een aanzet gemaakt voor een alternatief van de BKO die beter aansluit op de klinische achtergrond van docenten (Klinische Kwalificatie Onderwijs; KKO).