Sorry! The information you are looking for is only available in Dutch.
Deze opleiding is opgeslagen in Mijn Studiekeuze.
Er is iets fout gegaan bij het uitvoeren van het verzoek.
Er is iets fout gegaan bij het uitvoeren van het verzoek.

Druk in de klas - de leerkrachtmethode

Druk in de klas is een laagdrempelige leerkrachtmethode voor het basisonderwijs, ontwikkeld om druk en ongeconcentreerd gedrag in de klas aan te pakken. Deze methode is geschikt voor kinderen met en zonder de diagnose ADHD en kan zonder training door de leerkracht in de klas worden gebruikt.

Druk in de Klas is een lichtgewicht leerkrachtmethode die gericht is op het op een positieve manier bijsturen van kinderen met druk en/of ongecontroleerd gedrag, en gemakkelijk is in te passen. De handleiding is vormgegeven als een praktisch werkboek met veel voorbeelden en werkbladen, zodat de leerkracht zelf, zonder additionele training of coaching, direct aan de slag kan. Ter ondersteuning maakt de leerkracht gebruik van het online gepersonifieerd leerkrachtportaal met helpdesk.

De methode

Druk in de klas bestaat uit:

  • een handleiding/werkboek met praktische voorbeelden en werkbladen
  • de Kleurencode, een bedrukt whiteboard met markers voor het klassikale beloningssysteem

Leerkrachtondersteuning

Leerkrachten krijgen indien gewenst ondersteuning via het online leerkrachtportaal en de helpdesk. Met de inlogcode in de handleiding kunnen zij zich registeren en vervolgens inloggen op hun persoonlijke, met wachtwoord beveiligde pagina.

Het leerkrachtportaal bestaat uit:

  • een wekelijkse Checklist ter herinnering aan de belangrijkste onderdelen van de methode
  • de Effect Check om de ernst van druk en ongeconcentreerd gedrag voor één of meerdere leerlingen (maximaal voor twee leerlingen tegelijkertijd) in kaart te brengen en advies te krijgen over het juiste intensiteitsniveau van de methode voor deze leerlingen
  • online materiaal, te downloaden via de handleiding
  • het leerkrachtforum - om vragen te kunnen stellen aan andere leerkrachten die Druk in de Klas gebruiken
  • de helpdesk.

Voor ouders

Indien de leerkracht Druk in de Klas gaat gebruiken, kunnen ouders via in het leerkrachtportaal 'voor ouders' ontdekken wat deelname voor hun kind betekent. Ook kan hier het toestemmingsformulier worden gedownload wanneer de leerkracht het Individuele Programma van Druk in de Klas wil gebruiken.

Juf Noor en Sjors komen er samen helemaal uit

Het is weer een heerlijke dolle boel op de Adalbert Basisschool in Mook. Een camerateam kwam langs in de klas van Sjors en juf Noor. Kijk hoe het weer leuk wordt om naar school gaan dankzij Druk in de klas. Voor de leerlingen én voor de leerkracht.

Benieuwd of Druk in de klas iets voor jou is?

Download het inkijkexemplaar (pdf) ->

inkijkexemplaar

Is het druk in jouw klas?

Heb je regelmatig last van druk, impulsief en ongeconcentreerd gedrag in je klas? Wil je meer weten over wat dit gedrag inhoudt, wanneer er sprake is van een diagnose, hoe het ontstaat, met welke andere problemen het vaak samengaat en wat je eraan kunt doen. De informatie op deze webpagina is bedoeld voor leerkrachten om het gedrag van drukke en ongeconcentreerde leerling(en) in je klas beter te begrijpen. Wil je als leerkracht wat doen aan dit gedrag in jouw klas, dan kun je Druk in de Klas gebruiken, of een andere methode waarbij structuur en het belonen van gewenst gedrag een grote rol speelt.

Druk gedrag

  • Wat is druk, impulsief en ongeconcentreerd gedrag?

    Alle kinderen zijn weleens druk, impulsief of ongeconcentreerd, maar sommige kinderen hebben hier vaker last van dan andere kinderen. Maar wat is druk, impulsief en ongeconcentreerd gedrag nu precies en wat merk je daarvan in de klas?

    Hyperactiviteit

    Druk gedrag, oftewel hyperactief gedrag, is niet alleen overdadige motorische activiteit (overbeweeglijkheid), maar ook overdadige verbale activiteit zoals te veel praten, schreeuwen, of zingen. Een hyperactief kind in de klas heeft moeite om op de stoel te blijven zitten, en zal veel wiebelen, friemelen, dingen aanraken en luidruchtig spelen. Deze onrust maakt het voor een kind lastig om bijvoorbeeld naar instructies van de leerkracht te luisteren, en om rustig aan een taak te werken zonder klasgenoten te storen.           

    Impulsiviteit

    Impulsieve kinderen vinden het moeilijk om hun impulsen te onderdrukken. Dit betekent dat een kind direct op iets reageert, voordat hij of zij heeft nagedacht. Dit kan bijvoorbeeld tot slordigheidsfouten in het schoolwerk leiden. Impulsief gedrag maakt het voor een kind ook lastig om te wachten: zo vinden impulsieve kinderen het lastig om eerst hun vinger op te steken voordat zij iets vragen, onderbreken zij vaak anderen, en dringen zij vaak voor in de rij. 

    Ongeconcentreerd gedrag

    Ongeconcentreerde kinderen zijn snel afgeleid en vinden het moeilijk om langdurig met hetzelfde bezig te zijn. Dit kan op school resulteren in taakirrelevant gedrag: dat is gedrag dat niets te maken heeft met ‘werken aan de taak’. Denk bijvoorbeeld aan dagdromen of spelen met een pen. Hoge afleidbaarheid maakt het moeilijk om aandachtig te luisteren naar taakinstructies. Kun je nagaan hoe lastig het dan is om instructies ook nog op te volgen! Snel afgeleide kinderen wekken een chaotische indruk: ze vergeten dikwijls opdrachten af te maken en in te leveren, ze raken opdrachten makkelijker kwijt, en ze wisselen vaker tussen activiteiten dan kinderen zonder ongeconcentreerd gedrag.

  • Wat is ADHD?

    Ieder kind laat weleens druk en ongeconcentreerd gedrag zien. De mate waarin kan worden beschreven door een continuüm, waarvan het ene uiteinde kinderen beschrijft die af en toe druk en ongeconcentreerd gedrag laten zien, en het andere uiteinde kinderen met een zeer ernstige vorm van druk en ongeconcentreerd gedrag.

    Als het gedrag blijvend is, zorgt voor een belemmering in het dagelijks functioneren en in meerdere situaties voorkomt (bijvoorbeeld op school, thuis en op de sportclub), dan kan er sprake zijn van ADHD. ADHD staat voor ‘Attention Deficit Hyperactivity Disorder’ (aandachtstekort-hyperactiviteitsstoornis). Om van ADHD te kunnen spreken is het ook van belang dat verschillende kenmerken voor het twaalfde levensjaar zichtbaar zijn. In een internationaal handboek genaamd de DSM (Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders, DSM; American Psychiatric Association, 2013) staan alle criteria van ADHD opgesomd.

    Er zijn drie vormen van ADHD waarbij de verschillende hoofdkenmerken (druk, impulsief en ongeconcentreerd gedrag) in meer of minder mate aanwezig zijn:

    • Het onoplettende type (ADD), waarbij moeite met aandacht en concentratieproblemen voorop staat. Deze vorm van ADHD lijkt vaker voor te komen bij meisjes dan bij jongens.
    • Het hyperactieve-impulsieve type (ADHD), waarbij druk en impulsief gedrag op de voorgrond staat. Deze kinderen en jongeren lijken nooit stil te kunnen zitten, praten vaak en veel, en verstoren andermans gesprekken of bezigheden.
    • Het gecombineerde type. Dit type komt het meest voor en wordt gekenmerkt door druk, impulsief én ongeconcentreerd gedrag.

    Meer informatie over ADHD vind je op Kenniscentrum Kinder- en Jeugdpsychiatrie of Balansdigitaal.

  • Hoe ontstaat druk, impulsief en ongeconcentreerd gedrag?

    Het ontstaan van druk, impulsief en ongeconcentreerd gedrag is complex en multifactorieel. Er is doorgaans niet een duidelijke oorzaak. Het is bekend dat erfelijkheid en omgevingsinvloeden een rol spelen.

    Druk, impulsief en ongeconcentreerd gedrag is deels erfelijk. Dit betekent dat het deels aangeboren is en dat sommigen dus meer aanleg hebben om dit gedrag te ontwikkelen dan anderen. In bepaalde families komt druk, impulsief en ongeconcentreerd gedrag dan ook meer voor dan in andere families. Bij sommige kinderen met ADHD zien we enkele verschillen in de hersenen. Deze verschillen zijn echter klein en gelden niet voor alle kinderen met ADHD, waardoor we in de praktijk weinig met deze informatie kunnen. Bovendien is dit onderzoek niet zo veel gedaan bij kinderen met druk en ongeconcentreerd gedrag zonder ADHD-diagnose, waardoor deze resultaten weinig zeggen over deze doelgroep.

    De omgeving van een kind heeft ook invloed op druk en ongeconcentreerd gedrag. Opvoeders, zoals leerkrachten en ouders, kunnen het gedrag van een kind dus positief beïnvloeden. Het inzetten van gedragsmatige technieken, zoals meer structuur, duidelijke regels en het belonen van gewenst gedrag, kan bijvoorbeeld helpen om druk gedrag te verminderen. Dergelijke technieken, welke in Druk in de Klas aan bod komen, zijn even effectief voor kinderen met een formele diagnose ADHD en voor drukke, impulsieve of ongeconcentreerde kinderen zonder diagnose.

  • Welke andere problemen kun je tegenkomen?

    Druk, impulsief en ongeconcentreerd gedrag gaat vaak samen met andere problemen die het functioneren van een kind op school verder kunnen beperken. Denk bijvoorbeeld aan opstandig en agressief gedrag, leerproblemen, sociale problemen (bijvoorbeeld met klasgenoten), angst en somberheid. Daarnaast hebben veel drukke, impulsieve en ongeconcentreerde kinderen verminderde executieve functies en motivatieproblemen.

    Opstandig en agressief gedrag

    Veel drukke, impulsieve en ongeconcentreerde kinderen laten ook opstandig en agressief gedrag zien. Met opstandig gedrag bedoelen we tegendraads, brutaal en ongehoorzaam gedrag, dat een kind vooral uit naar gezagsdragers zoals ouders en leerkrachten. Daarnaast zijn opstandige kinderen vaak negatief en prikkelbaar, hebben ze veel ruzie en geven ze anderen snel de schuld van hun eigen wangedrag. Sommige opstandige kinderen liegen ook regelmatig, en laten verbaal of fysiek agressief gedrag zien (zoals vechten, pesten of intimideren). Opstandig en agressief gedrag kan samen voorkomen, maar het kan ook zijn dat een kind vooral één van beide gedragingen laat zien.

    Opstandig en agressief kan ontstaan of verergeren door een negatieve leerkracht-leerling of ouder-kind relatie. Als een druk en ongeconcentreerd kind bijvoorbeeld veel negatieve feedback krijgt en vaak berispt of gestraft wordt, dan kan een kind een negatief zelfbeeld krijgen en boos of opstandig gedrag gaan vertonen. Daarom is het bij deze kinderen extra van belang om ook complimenten te geven na gewenst gedrag.  

    Leerproblemen

    Kinderen met druk, impulsief en ongeconcentreerd gedrag hebben vaak een leerprobleem, bijvoorbeeld moeite met lezen, rekenen of schrijven. De leerproblemen van deze kinderen zorgen voor lagere schoolprestaties dan je op grond van hun intelligentie zou verwachten. Daarnaast hebben kinderen die dit gedrag laten zien een verhoogd risico op schooluitval.

    Angst en depressiviteit

    Internaliserende problemen zoals angst en depressiviteit komen ook voor bij sommige drukke en ongeconcentreerde kinderen. Angstige kinderen zijn bijvoorbeeld bang voor nieuwe dingen en voor onbekende mensen. Depressieve kinderen voelen zich vaak somber, eenzaam en zijn vaak teruggetrokken. Deze internaliserende klachten worden niet altijd opgemerkt door de omgeving, omdat het deels in het hoofd van een kind afspeelt. Angst en somberheid komt vaker voor bij meisjes dan bij jongens.

    Sociale problemen en Autisme

    Veel drukke, impulsieve en ongeconcentreerde kinderen ervaren ook sociale problemen, bijvoorbeeld in het contact met leeftijdsgenoten. Zo kan het zijn dat ze zich opdringen tijdens spelletjes, niet goed luisteren naar andere kinderen en vaak ruzie hebben. Veel kinderen met druk, opstandig en agressief gedrag worden dan ook afgewezen door leeftijdsgenoten, hebben minder vriendjes en vinden het moeilijk om vriendjes te behouden.

    Kinderen met druk en ongeconcentreerd gedrag hebben ook een verhoogde kans op een diagnose Autisme Spectrum Stoornis (ASS). ASS kenmerkt zich door beperkingen in de sociale communicatie en interactie, en door repetitief gedrag en specifieke interesses. Kinderen met ASS hebben bijvoorbeeld moeite met het begrijpen van sociale situaties en kunnen zich moeilijk in anderen inleveren, waardoor zij moeite hebben met het sluiten en onderhouden van vriendschappen.

    Andere gedragsmatige klachten

    Naast bovengenoemde problemen, komen slaapproblemen (zoals moeite met inslapen), tics (steeds terugkerende bewegingen of geluiden, zoals oogknipperen) en motorische problemen (zoals moeite met schrijven en gymmen) ook regelmatig voor bij kinderen met druk, impulsief en ongeconcentreerd gedrag.

    Verminderde executieve functies

    Executieve functies zijn de besturingsfuncties van de hersenen die zorgen voor controle over ons gedrag, onze gedachten en emoties. Deze functies zorgen ervoor dat we onze impulsen kunnen controleren en doelgericht kunnen handelen. Executieve functies zijn dan ook leidinggevende mentale processen die noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van complexe vaardigheden zoals het remmen van gedrag en emoties, plannen, informatie tijdelijk opslaan om complexe handelingen te bedenken en uit te voeren, en het vermogen om je aan te passen aan een nieuwe situatie.

    Bij een deel van de drukke, impulsieve en ongeconcentreerde kinderen zijn de executieve functies minder goed ontwikkeld in vergelijking met leeftijdsgenoten. Hierdoor kosten sommige dingen meer moeite, zoals het inplannen van een weektaak of het uitvoeren van instructies van een leerkracht. Als leerkracht is het daarom belangrijk om het kind hierbij extra te ondersteunen, bijvoorbeeld door een opdracht in kleinere stukjes op te delen. Door de executieve functies te ontlasten, verklein je de kans dat je leerling ongewenst gedrag vertoont. Veel structuur en heldere regels kunnen daarbij helpen.

    Motivatieproblemen

    Kinderen met druk, impulsief en ongeconcentreerd gedrag hebben regelmatig last van problemen in de motivatie. Grofweg zijn er twee soorten motivatieproblemen:

    Allereerst vinden drukke, impulsieve en ongeconcentreerde kinderen het lastig om zichzelf te motiveren, waardoor zij bijvoorbeeld moeite hebben om aan een lastige taak te beginnen. Daarom is het belangrijk dat deze kinderen extra motivatie van buitenaf krijgen. Als leerkracht kun je extra motivatie bieden door gewenst gedrag te belonen en negatieve gevolgen te verbinden aan ongewenst gedrag.

    Daarnaast verwerken drukke, impulsieve en ongeconcentreerde kinderen feedback en beloning op een andere manier. Zo reageren deze kinderen over het algemeen minder op uitgestelde beloningen dan andere kinderen, waardoor het belangrijk is dat beloningen (zoals een compliment) direct na gewenst gedrag worden gegeven. Ook hebben ze vaker een grotere beloning nodig om hetzelfde effect te bereiken als bij kinderen zonder druk en ongeconcentreerd gedrag. In Druk in de Klas wordt dan ook veel aandacht besteed aan het belonen van gewenst gedrag: het programma bevat een klassikaal beloningssysteem voor de hele klas en een individueel beloningssysteem dat voor kinderen met druk, impulsief en ongeconcentreerd gedrag kan worden gebruikt.

  • Wat kun je eraan doen?

    Er zijn verschillende manieren waarop druk, impulsief en ongeconcentreerd gedrag kan worden aangepakt: door middel van psychosociale interventies (met name gedragstherapie), medicatie of een combinatie van beiden.

    Gedragstherapie

    Gedragstherapie is de meest effectieve psychosociale interventie om druk, impulsief en ongeconcentreerd gedrag te verminderen. Dit kan gaan om gedragstherapie voor ouders, voor leerkrachten en/of voor het kind. Ouders en/of leerkrachten krijgen daarbij technieken aangeleerd om het gedrag van hun kind of leerling te veranderen. Gedrag van een kind kun je dus veranderen door diens omgeving te veranderen. Door meer structuur en heldere regels bijvoorbeeld, weet een kind beter wat je van hem of haar verwacht. Daarnaast helpt het om gewenst gedrag te belonen en ongewenst gedrag te ontmoedigen of te negeren. Gedrag zal namelijk vaker voorkomen wanneer er een positieve reactie op volgt, en minder vaak voorkomen als er geen of een negatieve reactie op volgt. Dit geldt voor gewenst en ongewenst gedrag. Door dus positieve aandacht te schenken aan gewenst gedrag (met complimenten en beloningen), zal dit positieve gedrag vaker voorkomen. En door ongewenst gedrag te negeren of te straffen, zal het minder vaak voorkomen. Druk in de Klas is een voorbeeld van een gedragstherapeutisch programma voor leerkrachten, waarin structuur, voorspelbaarheid en adequate reacties op gewenst en ongewenst gedrag centraal staan.

    Medicatie

    De medicatie die het meest wordt voorgeschreven bij kinderen met een diagnose ADHD is stimulantia, met methylfenidaat als werkende stof (bijvoorbeeld RitalinR en ConcertaR). Medicatie is voor veel kinderen effectief, maar er kleven ook nadelen aan. Zo reageren niet alle kinderen positief op medicatie: bij sommigen werkt de medicatie niet of onvoldoende, en anderen hebben last van bijwerkingen zoals slaapproblemen, vermoeidheid, en verminderde eetlust. Daarnaast pakt medicatie alleen de symptomen van het kind aan, terwijl het ook van belang is om het kind en diens omgeving (ouders, leerkrachten, et cetera) te leren omgaan met het lastige gedrag van het kind.

    Een combinatietherapie, waarbij men begint met gedragstherapie en pas later medicatie wordt gebruikt, blijkt effectiever dan medicatie alleen en zorgt ervoor dat een lagere dosis medicatie volstaat. 

    Let op: druk, impulsief en ongeconcentreerd gedrag zal niet verdwijnen

    Overigens is het belangrijk om je te realiseren dat behandelingen nooit volledig het drukke, impulsieve en ongeconcentreerde gedrag doen verdwijnen: dit is immers deels het karakter van een kind. Wel kunnen behandelingen voor aanzienlijke gedragsverbeteringen zorgen en helpt gedragstherapie om beter met het lastige gedrag van kinderen om te gaan.

Wat is Druk in de klas?

  • Laagdrempelige gedragstherapeutische methode zonder training

    Druk in de Klas is een laagdrempelige gedragstherapeutische methode voor basisschoolleerkrachten om druk en ongeconcentreerd gedrag in de klas aan te pakken en kan zonder training door de leerkracht worden gebruikt. De methode bestaat uit de volgende onderdelen:

    • een handleiding met praktische voorbeelden en werkbladen,  
    • leerkrachtondersteuning via een online leerkrachtportaal en helpdesk, en
    • de Kleurencode (bedrukt whiteboard inclusief markers voor gebruik van het klassikale beloningssysteem). 

    Inhoud methode

    Het werkboek bevat achtergrondinformatie over het ontstaan en het in stand houden van druk en ongeconcentreerd gedrag en legt uit hoe een gedragsanalyse van het individuele kind gemaakt kan worden. Daarnaast bevat Druk in de Klas algemene technieken voor de hele klas (klassen-management technieken, klassikaal beloningssysteem en time-outsysteem), en individuele technieken voor individuele kinderen die extra hulp nodig hebben. Zodoende helpt deze methode leerkrachten om gedragstherapeutische technieken structureel in de klas te gebruiken en meer inzicht te krijgen in het gedrag van de leerling. 

    Grip op je groep kwijt?

    Hoewel veel gedragstherapeutische onderdelen al vaak bij leerkrachten bekend zijn, worden ze vaak niet gestructureerd in de klas gebruikt of net niet op de juiste manier. Druk in de Klas biedt in dat geval uitkomst: veel verschillende, belangrijke gedragstherapeutische technieken worden één voor één uitgelegd, met voldoende tips om te zorgen dat je de technieken op de juiste manier én structureel in de klas gebruikt. 

    Een positievere sfeer in je klas creëren

    Door je basistechnieken verder te verbeteren en daarnaast te focussen op het belonen van gewenst gedrag, kun je ongewenst gedrag ombuigen in gewenst gedrag en zo een positievere sfeer in je klas creëren. 

    De Kleurencode is een uniek en essentieel onderdeel van Druk in de Klas. Het is een beloningssysteem voor alle kinderen in de klas, dat gekoppeld is aan een time-outsysteem, zodat elk kind wordt gemotiveerd om zich elke dag zo goed mogelijk te gedragen. Voor het gebruik van de Kleurencode, ontvangen leerkrachten bij het bestellen van de methode een speciaal whiteboard met een mooie opdruk.  

  • Voor wie is de methode geschikt?

    Voor welke kinderen?

    Deze methode kan gebruikt worden voor alle basisschoolkinderen (van groep 3 tot en met 8) die druk en ongeconcentreerd gedrag in de klas vertonen, ongeacht of zij een diagnose ADHD hebben. Voor deze kinderen kunnen er individuele technieken worden gebruikt als aanvulling op de klassikale technieken die in de hele klas gelden. Het drukke en ongeconcentreerde gedrag hoeft niet per se in de thuissituatie plaats te vinden. 

    Als de gedragsproblemen van een kind dermate ernstig zijn dat directe intensieve behandeling nodig is, adviseren wij om te overleggen met de ouders en behandelaars van een kind over het gebruik van Druk in de Klas.

    Voor welke leerkrachten?

    Leerkrachten die merken dat ze hun grip op de groep kwijt zijn door enkele drukke en ongeconcentreerde leerlingen, kunnen met Druk in de Klas de orde en positiviteit in de klas verbeteren.

    Als er meerdere vaste leerkrachten voor eenzelfde groep staan, is het wel van belang dat beide leerkrachten de methode in de klas willen gebruiken.

    Overleg met ouders

    Voordat een leerkracht de individuele technieken, inclusief online ondersteuning, bij een drukke of ongeconcentreerde leerling gebruikt, dienen leerkrachten dit met de desbetreffende ouders of verzorgers te overleggen. Leerkrachten kunnen ouders voor meer informatie verwijzen naar de website van Druk in de Klas en kunnen ouders een toestemmingsformulier laten ondertekenen welke beschikbaar is via het leerkrachtportaal (onder Informatie voor ouders).

  • Achtergrond

    Eerste laagdrempelige methode specifiek voor druk en ongeconcentreerd gedrag

    Uit eerdere onderzoeken blijkt dat een gedragsmatige aanpak in de klas een positief effect heeft op druk en ongeconcentreerd gedrag en op het sociaal functioneren van kinderen met ADHD symptomen. Toch was er tot op heden in Nederland geen beproefde laagdrempelige methode beschikbaar, die specifiek gericht is op druk en ongeconcentreerd gedrag in de klas én zonder uitgebreide, dure leerkrachttraining kan worden toegepast. De Vrije Universiteit van Amsterdam (sectie Kinische Neuropsychologie) heeft daarom Druk in de Klas ontwikkeld om op deze behoefte in te spelen.

    Wetenschappelijk onderzoek

    Deze methode bestaat uit gedragstherapeutische technieken waarvan de effectiviteit zijn bewezen in eerdere wetenschappelijke onderzoeken. Na het ontwikkelen van het programma, is de effectiviteit van deze gedragstherapeutische methode tijdens een 4-jarig promotieonderzoek aan de VU onderzocht (door Betty Veenman, Marjolein Luman en Jaap Oosterlaan). De resultaten van dit onderzoek toonden aan dat leerkrachten een afname merkten van druk en ongeconcentreerd gedrag, en een toename van sociale vaardigheden. Voor meer over het effectiviteitsonderzoek, klik hier.  

    Voor kinderen en leerkrachten een uitkomst

    Een vroegtijdige aanpak van probleemgedrag is in de klas essentieel om escalatie van dit gedrag te voorkomen. Daarnaast zijn laagdrempelige programma's van belang met oog op de hoge werkdruk en stress van veel leerkrachten en het huidige onderwijssysteem ('Passend Onderwijs'), waardoor veel kinderen met psychische problemen of leermoeilijkheden op reguliere basisscholen onderwezen worden. Zowel voor kinderen, als voor leerkrachten, kan Druk in de Klas dus een uitkomst zijn.

  • Doel van Druk in de Klas

    Het doel van Druk in de Klas is om het drukke en ongeconcentreerde gedrag van leerlingen in de klas te verminderen. Door meer achtergrondinformatie over de ontwikkeling van druk en ongeconcentreerd gedrag, door de structuur en voorspelbaarheid in de klas te verbeteren en door ongewenst gedrag om te buigen in gewenst gedrag, zorgt Druk in de Klas voor een succesvolle en positieve leeromgeving.

    Daarvan profiteren niet alleen de kinderen in de klas, maar ook de leerkracht!

Het kernteam

Maak kennis met de onderzoekers en de coördinator van Druk in de klas

Marjolein Luman

Universitair docent, onderzoeker en coördinator Druk in de klas

Marjolein Luman

Jaap Oosterlaan

Professor

Jaap Oosterlaan

Meer weten over Druk in de klas?

Neem contact op met:

Marjolein Luman
Coördinator Druk in de Klas
info@drukindeklas.nl