In zijn oratie onderzoekt jurist Tim Wuyts van de Vrije Universiteit Amsterdam (VU) hoe we omgaan met de rechten van mensen die tijdelijk of blijvend niet meer in staat zijn hun eigen beslissingen te nemen. In Nederland en België kan een rechter in zulke gevallen een beschermingsmaatregel opleggen, zoals bewindvoering of mentorschap. Dat betekent dat iemand anders – een bewindvoerder, curator of mentor – beslissingen neemt in naam van de betrokkene.
Gelijke rechten, ook bij kwetsbaarheid
Volgens het VN-verdrag inzake de rechten van personen met een handicap (artikel 12) moeten mensen met een beperking juist gelijk behandeld worden voor de wet. Dat impliceert een andere benadering: niet langer beslissen vóór iemand, maar ondersteunen zodat diegene zélf, zo veel mogelijk, keuzes kan maken – met zijn of haar eigen wil en voorkeuren als uitgangspunt.
Hoe voorkomen we betutteling?
Wuyts stelt in zijn oratie de vraag hoe we die omslag kunnen maken. Wat vraagt dat van onze wetgeving, van de praktijk en van de mensen die met deze situaties te maken krijgen? En hoe voorkomen we dat bescherming omslaat in betutteling?
Het antwoord is niet eenvoudig, maar de vraag raakt aan de kern van wat rechtsbescherming betekent – juist voor mensen die kwetsbaar zijn.
De inaugurele rede vindt plaats op 16 mei aan de Vrije Universiteit Amsterdam.