“Op de middelbare school had ik eigenlijk geen idee wat ik zou gaan willen studeren na het VWO. Dit veranderde toen ik in de zesde klas met een vriend van me naar de VU ging om wat proefjes te doen voor mijn profielwerkstuk over antibioticumresistentie. Het labwerk vond ik heel erg interessant en de combinatie van theorie en praktijk van de bachelor Farmaceutische Wetenschappen sprak me erg aan. Zonder zelf arts te worden toch mogelijk een bijdrage kunnen leveren aan het behandelen van ziekten vond ik een mooi vooruitzicht. Na een proefstudeerdag was ik helemaal overtuigd.”
“Eigenlijk vond ik alle vakken tijdens mijn bachelor interessant. Als ik echt een favoriet moet kiezen: het geïntegreerde practicum. Hier kwamen bijna alle disciplines van het medicijnenonderzoek aan bod, gedurende een practicum van acht weken. De vakken die ik het minst leuk vond waren vakken die veel raakvlakken hadden met de geneeskundeopleiding. Dit was dan ook een bevestiging voor me dat ik de juiste keuze had gemaakt om geen geneeskunde te gaan studeren. Een reisbeurs die ik kreeg na mijn bachelor maakte het mogelijk om voor een tweede onderzoeksstage naar Montréal te gaan.”
“Ondanks dat ik nu werkzaam ben in het onderzoek, vond ik mijn tijd als docent op de middelbare school tijdens de educatieve minor misschien wel het leukst. Lang niet alle leerlingen van de derde klassen die ik lesgaf wilden scheikunde gaan kiezen in hun vakkenpakket, maar toch heb je met scheikundedocent een streepje voor op andere docenten: met de proefjes en demonstraties kun je echt tot de verbeelding spreken en de verbazende blik in de ogen van 30 leerlingen is iets unieks. Ook het ‘mentorpapaschap’, waarbij ik samen met studievrienden eerstejaars studenten begeleidde tijdens de introductieweek, was onvergetelijk.”
“Ik gebruik de kennis nog iedere dag tijdens mijn werk op het lab. Ook van anderen die niet meer in het medicijnenonderzoek werkzaam zijn, hoor ik toch dat de studie erg nuttig is geweest. Er komen veel verschillende vakgebieden aan bod gedurende de studie en daarnaast wordt je analytische en kritische denkvermogen goed getraind. Dit zijn handige eigenschappen voor allerlei carrièrepaden, denk ik.”
“Ik spreek nog best wel wat vrienden vanuit mijn studietijd regelmatig. Sommigen zijn nog bezig met studeren, maar de meesten hebben nu een baan. Binnen of buiten het veld van het medicijnenonderzoek. Zo zit er eentje nu bij een bank als data-analist, iets heel anders. Je kunt dus alle kanten op met deze opleiding!”