Sorry! The information you are looking for is only available in Dutch.
Deze opleiding is opgeslagen in Mijn Studiekeuze.
Er is iets fout gegaan bij het uitvoeren van het verzoek.
Er is iets fout gegaan bij het uitvoeren van het verzoek.

Microscoop voor sarcomeren-onderzoek

Topstukken uit de VU-collecties

Uren heeft Guus Baan (nu onderzoeksmedewerker Faculteit der Gedrags- en Bewegingswetenschappen - FGB) als promovendus doorgebracht achter deze microscoop met het tellen van de dwarsverbanden (sarcomeren) in beenspierweefsel. Nu is dit met een simpele scan in een paar minuten gepiept. Deze microscoop staat symbool voor de vooruitgang van onderzoekstechniek en het geduld van de onderzoeker. Maar ook verwijst hij naar de interdisciplinaire benadering van de afdeling Bewegingswetenschappen aan de VU, ook bekend van de klapschaats.

Bewegingswetenschappen
De Faculteit Bewegingswetenschappen (nu onderdeel van FGB) is ontstaan uit de Interfaculteit Lichamelijke opvoeding (1971–1987). De combinatie van biomedisch onderzoek, mechanica en ook sociaalwetenschappelijke expertise maakte het onderzoek uniek in Nederland. Het onderzoek naar sarcomeren in menselijk (been)spierweefsel, geleid door Dr. Peter Huijing, legde een basis voor verder interdisciplinair spieronderzoek binnen de (Inter)faculteit. Het bracht nieuw inzicht in de functie van de sarcomeren in de spier, en hiermee in de menselijke beweging.

Sarcomeren-onderzoek in de praktijk
Guus Baan: 'Deze vezels kwamen uit de kuitspieren en de scheenbeenspieren, later ook van een enkele bovenbeenspier. De bundels werden uit de gefixeerde spieren geprepareerd (in de snijzaal) en behandeld met een 26% Salpeterzuur-oplossing. Daarna spoelden we ze met demi-water en prepareerden ze verder met naalden. Uiteindelijk gingen de spiervezels in een 50% glycerine oplossing. Nu waren ze klaar om op objectglaasjes gelegd te worden en kon ik het aantal dwarsstrepen (lengtemaat) op zo’n vezel gaan bepalen op de microscoop. Het beeld werd geprojecteerd op het kleine schermpje in de kap. Alles moest in die tijd (tachtiger jaren) nog met de hand. Als je een lange vezel had, was je daar wel een ochtendje mee bezig. Tegenwoordig zouden we deze vezels in een paar minuten kunnen scannen en tellen.'