Ernest van der Kwast werd geboren in Bombay op 1 januari 1981. Toen hij één jaar oud was verhuisde hij met zijn ouders naar Nederland.
Hij debuteerde met korte verhalen in 1999. In 2005 verscheen zijn eerste roman "Soms zijn dingen mooier als er mensen klappen". Weemoed en verlangen noemt hij de hoofdthema’s van zijn werk maar humor maakt deze thema’s nooit zwaar. Een prachtig voorbeeld hiervan is de roman “ Mama Tandoori’, over een half-Indiase jongen die opgroeit in Rotterdam, waarmee Van der Kwast in 2010 doorbrak bij het grote publiek. Hij beschrijft met veel humor de tragiek en het onbegrip in een gezin tussen twee culturen. Zij nieuwste boek verscheen in september 2016 “Het wonder dat niet omvalt”.
Van der Kwast woont in Rotterdam samen zijn Italiaanse vriendin en twee zoons. Andere titels die hij schreef zijn: Stand-in (2007), Giovanna’s navel (2012), De ijsmakers (2015). Auteurs die hem inspireren zijn James Salter, Meir Shalev en Konstantin Paustovski.
Persoonlijke reflecties
Gezondheid breed opgevat als het dynamische vermogen van mensen om zich aan te passen en zelf regie te voeren over hun welbevinden komt in de levensverhalen van zijn romanpersonages volop aan bod. Dit sloot goed aan bij het profileringsthema van de VU van dat jaar: Human Health and Life Sciences.
Van der Kwast sprak tijdens de Opening Academisch Jaar en de Dies Natalis, leverde een bijdrage aan colleges en workshops, schreef een paasgeschenk en was ten slotte gastheer en interviewer bij de Abraham Kuyperlezing in de Westerkerk
Van der Kwast over zijn opdracht bij de VU:
"Ik vind het een eer om de tiende Vrije Schrijver van de VU te mogen zijn. Ik verheug me veel op het contact met studenten en docenten en wil ook vanuit mijn achtergrond als programmamaker met hen aan de slag gaan. De VU werkt uitgebreid samen met het Universitair Asiel Fonds (UAF) en ik zou ook graag vluchtelingstudenten willen betrekken bij de activiteiten die ik als gastschrijver zal ontplooien."