Fragment uit: ‘Het is ons een eer en een genoegen: eredoctoraten aan de Vrije Universiteit sinds 1930’ van Wim Berkelaar
‘Kapita werd uitsluitend en alleen gewaardeerd om zijn kennis van het Indonesische eiland Soemba, een kennis die hij als klassieke autodidact had opgedaan. Kapita werd omstreeks 1908 geboren. Omstreeks, want in het curriculum vitae dat de Vrije Universiteit van hem ontving, kon hij geen uitsluitsel bieden over zijn precieze geboortedatum. Kapita genoot vijf jaar school voordat hij de tweejarige zogeheten Normaalleergang (Opleiding tot onderwijzer) in Pajeti doorliep. Op 1 januari 1926 trad Kapita aan als hoofdonderwijzer van een Volksschool in Oost-Soemba. Twee en een half jaar was Kapita in functie.
In 1928 werd hij assistent van de cultureel antropoloog dr. L. Onvlee, die in 1925 in Leiden was gepromoveerd op het proefschrift Eenige Soembasche vertellingen. Kapita werd, in de termen van de culturele antropologie, ‘veldwerker’ voor Onvlee op Soemba. Zoals zijn curriculum vermeldt: hij riep de ouderen uit zijn dorp bijeen, slachtte een kippetje op rituele wijze – een gebruik zonder welke een gesprek niet van de grond kwam – en trachtte, als het contact eenmaal was gelegd, informatie te verkrijgen over de literaire taal die gebruikt werd bij de aanroeping van voorouders, bij het offergebed en bij de rituelen rond religieuze feesten.
Meer dan twintig jaar was Kapita officieel in dienst van Onvlee. Maar ook nadat hij vertrok om functies te bekleden op het eiland, bleef de band met Onvlee bestaan. Sterker nog, na zijn pensioen trad Kapita opnieuw aan als diens assistent. Samen vertaalden ze zowel het Oude als het Nieuwe Testament in het Soembaas. In de aanbevelingsbrief van G. Dekker van de Faculteit der Godgeleerdheid werden die vertalingen zijn belangrijkste werk genoemd. Decaan Dekker beklemtoonde dat Kapita een ‘typisch voorbeeld’ was ‘van iemand met grote wetenschappelijke aanleg die door omstandigheden van zijn geboorte en levensloop nimmer in staat is geweest om wetenschappelijk onderwijs te volgen en langs die weg wetenschappelijke titels te verkrijgen’. Vandaar dat de Faculteit het passend en voor de hand liggend vond Kapita deze onderscheiding nu te verlenen.’
Lees de volledige tekst over het eredoctoraat voor Oemba Hina Kapita in ‘Het is ons een eer en een genoegen: eredoctoraten aan de Vrije Universiteit sinds 1930’ van Wim Berkelaar.