Het onderzoek van Xin Liu benadrukte de cruciale rol van stamspecifieke eigenschappen bij het vormgeven van fotoprotectieve reacties en benadrukte de noodzaak van zorgvuldige selectie van laboratoriumstammen in fotosyntheseonderzoek. Het onderzoek toonde ook een haalbare alternatieve methode aan voor het bestuderen van toestandsovergangen in vaatplanten.Hij richtte zich op twee hoofdcomponenten van niet-fotochemische quenching: energieafhankelijke quenching (NPQ-qE) en toestandsovergangen (ST). Het onderzoek werd uitgevoerd met de groene alg C. reinhardtii en vier veel voorkomende vaatplanten: Arabidopsis thaliana, Nicotiana tabacum (tabak), Hordeum vulgare (gerst) en Zea mays (maïs).
Een van de hoofdstukken leverde bewijs dat verschillende wildtype stammen van Chlamydomonas reinhardtii zich verschillend gedragen wat betreft hun fotosynthetische eigenschappen onder hoge lichtsterkte. Deze verschillen zijn te groot om te negeren. Het onderzoek gaf onderzoekers met een vergelijkbaar onderwerp direct bewijs en vertelde hen dat achtergrondinformatie over de stammen in overweging moest worden genomen.
Liu voerde laboratoriumexperimenten uit in een nat lab waar de onderzoeker biochemische experimenten uitvoerde. Ook werden er experimenten uitgevoerd in een kamer waar de lichten uit waren, maar waar een laser werd gebruikt. Liu deed ook literatuuronderzoek, waarbij hij iets anders vond dan verwacht of iets nieuws.
Meer informatie over het proefschrift