De titel van de afscheidsrede van Herman Kappelle is een citaat van hemzelf. In de 20 jaar dat hij aan de Vrije Universiteit Amsterdam Fiscaal Pensioenrecht doceerde, zei hij talloze malen tegen zijn studenten; “Vraag me niet uit te leggen dat het logisch is, want dat is het niet”.
Gedurende deze 20 jaar veranderde het fiscale pensioenlandschap ingrijpend. De wetgever gebruikte het fiscale kader voor pensioenen regelmatig om sturend op te treden. Zo dwong de overheid langer doorwerken af door het verlagen van het fiscaal maximale opbouwpercentage per dienstjaar van 2,33 tot uiteindelijk 1,875, het verhogen van de pensioenrichtleeftijd tot uiteindelijk 68 en het schaffen van de fiscale faciliteiten voor VUT en prepensioen. Deze ingrepen maakten het er allemaal niet eenvoudiger en soms ook niet logischer op. In zijn rede gaat Herman Kappelle op zoek naar de meest onlogische bepaling in het fiscale pensioenrecht. Het zijn echter niet deze steeds strakkere fiscale begrenzingen die voor deze kwalificatie in aanmerking komen. Het steeds verder beperken van het fiscale kader mag zo nu en dan voor sommigen oneerlijk lijken, onlogisch is het niet.
Hetzelfde geldt voor artikel 19b Wet LB 1964 en de dubbele heffing bij een Regeling voor vervroegde uittreding. Niet onlogisch, wellicht wel enigszins oneerlijk en voor aanpassing en verbetering vatbaar, maar niet onlogisch. Welke is het dan wel? Dat onthult Kappelle in zijn afscheidsrede. En daarbij doet hij dan meteen een voorstel om deze onlogica op te lossen.