Op zoek naar Verbinding: Succesvol Ouder in een Digitaliserende Samenleving
Socioloog Marije Blok ontdekte in haar promotieonderzoek dat, in tegenstelling tot wat vaak wordt verondersteld, het gebruiksgemak niet de belangrijkste overweging is voor ouderen om ICT te gebruiken. Hoewel ouderen vaak worden gezien als minder digitaal vaardig, blijkt ervaren nut, of de toegevoegde waarde voor het sociaal en emotioneel welbevinden doorslaggevend. Blok: “ICT moet waardevol zijn voor ouderen, de vaardigheden komen daarna wel. “
Ook de sociale omgeving speelt een cruciale rol maar anders dan bij andere populaties - waar deze belangrijk is in het vormen van een mening - blijkt deze bij ouderen direct ondersteunend of juist belemmerend. Ouderen ervaren het gebruik van ICT als waardevol om zich verbonden te voelen met dierbaren, bijvoorbeeld door (samen) digitale foto’s te bekijken of deel te nemen aan WhatsApp groepen; Daarnaast gebruiken ouderen ICT wanneer activiteiten op de traditionele manier moeilijk worden, zoals het sturen van e-mails als het voeren van een gesprek niet lukte. Ten slotte blijkt het gebruik van ICT belangrijk voor een gevoel van controle.
ICT in het dagelijks leven
Informatie- en communicatietechnologie (ICT) biedt steeds meer mogelijkheden voor verschillende aspecten van het dagelijks leven. Denk aan het onderhouden van relaties, of activiteiten als bankieren, winkelen of het regelen van burgerzaken. Ouderen profiteren hier echter relatief weinig van, terwijl zij - gezien de beperkingen waarmee het ouder worden gepaard gaat - veel baat kunnen hebben bij digitale toepassingen. Blok onderzocht het ICT-gebruik onder ouderen en de potentie voor hun sociaal en emotioneel welbevinden en combineerde daarbij kennis over ICT met inzichten over ouderen.
Vier deelstudies
Blok onderzocht in vier stappen de manier waarop ouderen ICT gebruikten in hun dagelijks leven en wat dat betekende voor hun sociaal en emotioneel welbevinden:
* Ouderen met cognitieve beperkingen. Blok interviewde ouderen die zorgboerderijen bezochten en twee leden uit hun netwerk: directe mantelzorgers en (klein)kinderen.
* Zelfstandig wonende ouderen: Zij interviewde de deelnemers twee keer met drie weken ertussen. In de tussenliggende periode hielden zij een dagboek bij met voorbeelden waarin zij herinneringen ophaalden en de rol die ICT daarin speelde.
* Ouderen in een zorginstelling: In een participatief actieonderzoek onderzocht Blok hoe deze ouderen betrokken waren en werden in het dagelijks reilen en zeilen in de zorginstelling én de rol die ICT daarin al dan niet kan vervullen.
* Zelfstandig wonende ouderen: Zij onderzocht of ouderen persoonlijke zaken met anderen delen via digitale kanalen en welke kansen dit biedt tegen eenzaamheid en voor uitbreiding van het (instrumentele) netwerk.
Aanbevelingen voor de praktijk
Uit het onderzoek van Blok komen de volgende aanbevelingen voor de praktijk naar voren:
1. Maak het van waarde: Ontwikkel je ICT voor ouderen of maakt technologie deel uit van de diensten die je aanbiedt aan ouderen? Zorg er dan voor dat de ICT die je ontwikkelt of gebruikt in een dienst aan ouderen bijdraagt aan hun sociaal en emotioneel welbevinden.
2. Gebruik het gebruikelijke: In plaats van innovatieve gadgets en robots, gaven ouderen de voorkeur aan alledaagse technologie zoals laptops, tablets en smartphones. Het liefst dezelfde als die hun (klein)kinderen gebruiken. Start dus met een bekende toepassing als je ouderen iets nieuws wilt aanleren.
3. Verweef in het offline leven: Maak van ICT gebruik geen activiteit op zich, maar integreer het in het dagelijks leven.
4. Support op maat: Veel ouderen kunnen goed met ICT omgaan. Soms is de zorg of ze er wel verantwoordelijk mee omgaan echter terecht, dus ondersteun op maat.
Meer informatie over het proefschrift