In het diepe
In het eerste half jaar volgde ik economische vakken in het Engels. Dat was even switchen, maar ik kon inhoudelijk goed meekomen. Daarna begon ik aan mijn stage op een middelbare school. Ik had me wekenlang voorbereid op de eerste keer lesgeven. Ik wist al dat het een drukke klas was, dus ik werd gelijk in het diepe gegooid. Natuurlijk had ik wel goed met mijn werkplekbegeleider afgestemd wat zijn rol zou zijn, maar ik probeer het vanaf het begin zoveel mogelijk alleen te doen. En het ging eigenlijk heel goed.
Contact met medestudenten en docenten
Op maandag heb ik de hele dag college. Tijdens vakdidactiek komen dan allerlei dingen aan bod: hoe je een les maakt, welke methodes er zijn, welke spelletjes je in de klas kunt doen. Dat is met alle studenten die de economische richting van de lerarenopleiding volgen. Een gezellig clubje, we helpen elkaar en delen waar we tegenaan lopen. Ook het contact met de docenten is goed. Als ik vastloop kan ik altijd terecht bij de vakdidactici.
Tips en tops
Op mijn stageplek krijg ik veel ruimte. Er zijn vaste onderwerpen die ik moet behandelen, maar hoe ik dat doe is aan mij. En na een les evalueer ik altijd even met mijn werkplekbegeleider en krijg ik tips en tops. Nu ik een aantal weken bezig ben, merk ik ook dat ik steeds meer een relatie aan het opbouwen ben met de leerlingen. Dat is fijn én nuttig. Omdat we elkaar nu beter kennen, kan ik ze tijdens de les makkelijker aanspreken op hun gedrag. Maar het blijft een dingetje, orde houden in de klas.
Op weg helpen maar niet voorkauwen
Ik haal er enorm veel voldoening uit als leerlingen met goede vragen komen. Meestal help ik ze eerst op weg, en daarna laat ik ze in tweetallen aan de slag gaan met de materie. Zo kan de een de ander helpen en pas als ze allebei vastlopen, spring ik in. Ik wil ze wel begeleiden, maar het antwoord niet voorkauwen. Ze moeten leren om dingen zelf te verklaren. Als dat lukt, snappen ze het echt. Daar krijg ik energie van.
In Nederland blijven
Over 1,5 jaar rond ik mijn studie af. Ik hoop dan als economiedocent in de onder- en bovenbouw les te kunnen geven. Die mix lijkt me leuk. In Nederland, ook al mis ik het Surinaamse zonnetje enorm.
