Dit blijkt uit nieuw onderzoek van beleidsmedewerker Amanda Bisong, dat zich richt op de rol van regionale organisaties, overheden en niet-statelijke actoren in het vormgeven van migratiebeleid in West-Afrika.
Regionale samenwerking biedt kansen
‘Regionale samenwerking is onmisbaar om migratiestromen goed te beheren en gedeelde belangen te behartigen,’ stelt Amanda Bisong. ‘Het regionale niveau biedt landen de kans om regels op te stellen die economische ontwikkeling ondersteunen en tegelijkertijd oog hebben voor veiligheid en mensenrechten.’
Via de Economische Gemeenschap van West-Afrikaanse Staten (ECOWAS) werken landen samen om vrij verkeer van personen te reguleren. Deze samenwerking biedt kansen om grensoverschrijdende uitdagingen aan te pakken en gemeenschappelijke doelen te bereiken, zoals meer economische integratie.
Erfenis van kolonialisme en de rol van actoren
Het onderzoek laat zien dat migratie in West-Afrika een alledaags fenomeen is, dat diep verweven is met het dagelijks leven van mensen in de regio. ‘Wie zich wel of niet mag verplaatsen, wordt niet alleen bepaald door huidige beleidsregels, maar is ook sterk beïnvloed door koloniale en postkoloniale geschiedenissen,’ benadrukt Bisong.
Niet-statelijke actoren, zoals maatschappelijke organisaties en donoren, spelen eveneens een belangrijke rol. Vaak zetten staten of internationale instellingen deze actoren in om beleidsboodschappen te verspreiden die hun strategische doelen ondersteunen,’ voegt ze toe.
Uitgebreid veldonderzoek
De bevindingen zijn gebaseerd op meer dan acht jaar veldwerk en observaties in West-Afrika. Het onderzoek biedt nieuwe inzichten in de samenwerking tussen verschillende actoren en hoe deze het regionale migratiemanagement beïnvloeden. ‘Om effectieve en rechtvaardige beleidskeuzes te maken, moeten we de interacties tussen deze actoren beter begrijpen,’ benadrukt Bisong.
Dit onderzoek is van grote waarde voor beleidsmakers, onderzoekers en iedereen die de complexe dynamiek van migratie in West-Afrika wil begrijpen.
Bisong promoveert op 28 januari op dit onderzoek aan de Vrije Universiteit Amsterdam.