Voor zijn proefschrift onderzocht Hekmat Alrouh de invloed van genetica en de gezinssituatie op de ontwikkeling en mentale gezondheid van kinderen. "Ik richtte me op obesitas, opleidingsniveau en algemeen welzijn", legt Alrouh uit. "Met langlopende studies waarin families over een langere periode werden gevolgd, onderzocht ik hoe de body mass index (BMI) van ouders wordt doorgegeven aan kinderen en of het opleidingsniveau van de ouders deze overdrachtspatronen beïnvloedt." De gezinssituatie speelt een grote rol: kinderen van ouders met obesitas of een lager opleidingsniveau hebben vaker zelf een hoger lichaamsgewicht. "Dit komt niet alleen doordat deze gezinnen minder middelen tot hun beschikking hebben; kinderen erven ook genen die hun gezondheid en schoolprestaties beïnvloeden."
Met dit onderzoek wilde Alrouh ook beter begrijpen waarom sommige kinderen mentaal gezond blijven tijdens hun jeugd, terwijl anderen hier meer moeite mee hebben. Hij concludeert dat de meeste kinderen op een gegeven moment emotionele of gedragsproblemen hebben. Alrouh: "Volledig probleemloos door de jeugd gaan is verrassend zeldzaam."
COVID-19
Een ander belangrijk onderdeel van Alrouhs onderzoek was de invloed van COVID-19. "De pandemie verstoorde het welzijn van kinderen, waarbij stress bij ouders en veranderingen in hun werk een nog grotere impact hadden tijdens deze periode", zegt Alrouh. "Mijn onderzoek laat zien hoe genen, het gezinsleven en grote gebeurtenissen zoals een pandemie samen de mentale en fysieke gezondheid van een kind beïnvloeden."
Voor zijn onderzoek analyseerde Alrouh gegevens uit grootschalige, langlopende studies van kinderen en hun families, waaronder zowel tweelingen als niet-tweelingen. Ouders en in sommige gevallen de kinderen zelf vulden regelmatig vragenlijsten in over mentale gezondheid, gewicht en schoolprestaties. Alrouh: "Omdat deze studies families jarenlang volgden – vóór, tijdens en na gebeurtenissen zoals de COVID-19-pandemie – kon ik zien hoe veranderingen in de omgeving de ontwikkeling op de lange termijn beïnvloedden."
Beleid
Met deze bevindingen wil Alrouh zorgverleners, docenten en beleidsmakers helpen begrijpen hoe gezinsomgevingen, economische omstandigheden en mondiale gebeurtenissen zoals COVID-19 het welzijn van kinderen beïnvloeden. "Scholen kunnen deze kennis gebruiken om programma's te ontwikkelen die de veerkracht van kinderen versterken, vooral bij stress thuis of tijdens ingrijpende veranderingen", legt Alrouh uit. Door de rol van genetica te erkennen, kunnen interventies persoonlijker en ondersteunender worden, zonder de schuld bij gezinnen te leggen. Beleidsmakers kunnen deze inzichten toepassen in gezondheidsvoorlichting en onderwijsbeleid, zodat middelen niet alleen fysieke behoeften (zoals gezonde maaltijden) maar ook emotionele ondersteuning (zoals begeleiding) omvatten. "De gezondheid van een kind wordt door veel factoren gevormd, en ondersteuning moet deze complexiteit weerspiegelen."