Dé plek om in gesprek te gaan over de spookverhalen rondom de opleiding tot medisch specialist. Op locatie VUmc ontvingen 10 opleiders van 6 specialismen zo’n 50 eerste- tot zesdejaars geneeskundestudenten van de UvA en de VU. “We hebben al een hoop spoken verjaagd.”
“Dat je zeker 80 uur per week moest werken om een goeie chirurg te kunnen worden, vooral zoveel mogelijk vlieguren moest maken, dat kreeg ik tijdens mijn opleiding nog wel te horen, ja”, vertelt oncologisch chirurg Susanne van der Velde. “Maar gelukkig kan ik studenten nu een andere boodschap meegeven.”
Van der Velde merkt dat studenten nog altijd het idee hebben dat je voor een succesvolle carrière als medisch specialist minstens 80 uur per week moet werken, gepromoveerd moet zijn en geen tijd hebt voor andere interesses, laat staan een gezin. “Onzin. Spookverhalen. Door erover in gesprek te gaan, kunnen we die spoken verjagen en een realistisch beeld schetsen van de vervolgopleidingen tot medisch specialist.”
In het Spookhuis - de Heelkunde overdrachtsruimte op locatie VUmc - ontvingen 10 opleiders van de specialismen cardiologie, gynaecologie, radiologie, microbiologie, radiotherapie en oncologische chirurgie zo’n 50 geneeskundestudenten. “Iedere opleider ging met een clubje van zo’n 5 studenten in gesprek”, legt Van der Velde uit. “’Vertel, welke spookverhalen hebben jullie gehoord?’, vroegen we ze dan.”
Waren de studenten in eerste instantie nog wat terughoudend, al snel grepen ze de gelegenheid aan om echt in gesprek te gaan met elkaar en de medisch specialisten. Veelgevraagd: ‘Hoe kom ik in de opleiding’, ‘Hoe weet ik of dit specialisme bij me past?’ En persoonlijker: ‘Hoe wist jij dat dit specialisme bij jou paste?’, ‘Hoe heb je de weg naar je opleidingsplek ervaren?’, ‘Welk pad heb jij bewandeld om te komen tot waar je nu bent?’
Van der Velde: “Als medisch specialist probeer je ze dan mee te geven dat er echt niet maar één pad is. Dat ze vooral naar hun eigen gevoel moeten luisteren en uit moeten gaan van hun eigen kracht, in plaats van zich te focussen op al die hoepels waar ze zogenaamd doorheen moeten springen. Stel jezelf de vraag: voelt dit okay voor mij, vind ik deze collega’s leuk, zie ik mezelf dit doen?”
Van der Velde merkt dat studenten al heel erg gefocust zijn op dat ultieme einddoel. “Ze weten bijvoorbeeld nu al dat ze chirurg willen worden. Maar ze hebben nog jaren te gaan. Er zitten nog vele stappen tussen. Onderzoek, een anios-schap. Gaandeweg leer je het ziekenhuis, de mensen, het werk en vooral jezelf steeds beter kennen en voel je steeds beter aan welk pad bij jou past. En als het dan écht bij je past en je er écht voor gaat dan ziet jouw werkomgeving dat ook en dan kom je er wel.”
Er bleken ook een hoop spookverhalen over de werk-privébalans. “Kinderen, sporten, hobby’s, vrienden. Ik kon de studenten gelukkig meegeven dat medisch specialisten zowaar een leven hebben naast hun werk. Sterker nog, en dat verraste de studenten wel, de meesten hier werken parttime. Het is als medisch specialist zélfs mogelijk – jaja, dat was ook een vraag – om een relatie te hebben met een andere medisch specialist.”
Dit eerste Spookhuis was een initiatief van traumachirurg en opleider Marijn Houwert van het UMCU en werd opgevolgd door opleiders van LUMC en Amsterdam UMC. Van der Velde: “Of er een vervolg komt? Als we merken dat er nog veel spookverhalen de ronde doen, dan gooien we dat spookhuis gewoon weer open. Spoken verjaag je door erover te praten.”