Drie samenhangende projecten onderzoeken de voorwaarden voor veerkrachtige samenlevingen - BASICS for Resilience – door te kijken naar de institutionele barrières voor, en effectieve aanjagers van, het aanpassings-, samenwerkings- en inclusief vermogen van individuen en instituten. Hierbij ligt de focus op Educatie (ongedocumenteerde jongeren), Werk (gemarginaliseerde arbeidsgroepen) en Post-crisis-zorg (ouderen).
Joris Rijbroek, directeur van het Institute for Societal Resilience (het onderzoeksinstituut van de Faculteit der Sociale Wetenschappen), is van meet af aan betrokken geweest bij de Route Veerkrachtige Samenlevingen. Rijbroek: ‘We zijn enorm trots dat onze wetenschappers deze toekenning ontvangen. Dit project past perfect in onze ambitie om de maatschappelijke impact van ons onderzoek te vergroten en zichtbaar te maken.’
Het eerste deelproject wordt geleid door socioloog Tara Fiorito van VU Amsterdam en onderzoekt de inclusie van ongedocumenteerde jongeren in Nederland. Dat zijn jongeren zonder verblijfsvergunning die in Nederland zijn opgegroeid (en soms zelfs geboren), tot hun 18de recht hebben op onderwijs, maar dan opeens na hun 18de in een gat vallen, omdat ze niet mogen doorstuderen, werken of stagelopen en geen recht meer hebben op gezondheidszorg of sociale voorzieningen. De centrale onderzoeksvraag van dit project is: wat zijn de verschillende vormen van sociale en institutionele uitsluiting die ongedocumenteerde kinderen en jongeren in Nederland ervaren en hoe kan de Nederlandse samenleving bijdragen aan (en profiteren van) de maatschappelijke inclusie en participatie van deze groep?
Fiorito: “Het is ontzettend waardevol dat ik door deze beurs verder kan met mijn maatschappelijk betrokken onderzoek naar de emancipatie en inclusie van ongedocumenteerde jongeren. Het betreft een onderwerp waar tot nu toe in Nederland nauwelijks onderzoek naar is gedaan. Door middel van kwalitatieve, creatieve en participatieve onderzoeksmethodieken en de intensieve betrokkenheid van maatschappelijke partners, hoop ik met dit onderzoek niet alleen daadwerkelijk bij te dragen aan de inclusie en veerkracht van deze Nederlandse jongeren, maar ook aan het vergroten van het inclusieve vermogen en de veerkracht van onze instituties en organisaties.”
Een ander deelproject wordt geleid door visueel antropoloog Lianne Cremers, in samenwerking met organisatie antropologen Cato Janssen en Kees Boersma (allen VU Amsterdam). Dit project richt zich op institutionele veerkracht en het aanpassingsvermogen van verpleeghuizen in de nasleep van de coronacrisis. Het bouwt voort op lopend onderzoek naar verpleeghuizen tijdens het hoogtepunt van de pandemie. Nu, tijdens de herstelfase, willen de onderzoekers de collectieve beleving en verwerking van traumatische gebeurtenissen beschrijven, analyseren en verklaren. Het doel is om geleerde lessen uit deze crisis te bepalen, die organisaties kunnen helpen zich om te vormen tot veerkrachtige instellingen.
Cremers: “We zijn heel blij met deze beurs. Ons onderzoek is gericht op capaciteitsversterking van verpleeghuizen om zich aan te kunnen passen aan ‘het nieuwe normaal’ tijdens de nasleep van de coronacrisis. We hopen bij te dragen aan begrip over hoe organisaties veerkrachtig kunnen zijn in onzekere tijden en inzicht te geven in effectief crisis management.”
Het laatste deelproject wordt geleid door Cheng-Yong Xiao van de Universiteit Groningen in samenwerking met collega Eugenia Rosca. Dit project draait om samenwerking tussen sociale ondernemingen en commerciële organisaties om een meer inclusieve samenleving te ontwikkelen.
De Route op Weg naar Veerkrachtige Samenlevingen is één van de routes van de Nationale Wetenschapsagenda. In opdracht van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) voert NWO sinds 2018 het onderzoeksprogramma Nationale Wetenschapsagenda uit.