Ik begeef mij graag op het journalistieke en antropologische vlak en, als het even kan, combineer ik de twee. In mijn optiek is de kracht van de antropologie haar verhalende kracht. Onder druk van de publicatiedwang hebben we die taak mijns inziens te veel verwaarloosd. Veel te veel antropologische publicaties zitten vol jargon en richten zich op een handjevol lezers uit de wetenschappelijke bubbel.
Ik probeer de antropologie voor een breder publiek toegankelijk te maken. De drie pilaren waarop mijn publicaties steunen zijn:
- het insider's perspectief: een visie van binnenuit waardoor de lezer/luisteraar beleeft hoe de auteur het heeft beleefd. Dus: een visie van binnenuit;
- (theoretische) diepte: een antro-journalistieke publicatie onderscheidt zich van andere journalistiek door een of meerdere theoretische concepten verder uit te werken. Je leert iets;
- actie/kleur/emotie ofwel het evocatieve: een stuk komt pas echt tot leven wanneer je als publiek wordt meegenomen in hoe het er echt aan toe gaat. Dan word je geraakt.
Zie voor een voorbeeld mijn reportage in Trouw over mijn werk als vrijwilliger in een hospice: https://www.trouw.nl/tijdgeest/als-je-niets-meer-voor-een-stervende-kan-doen-kan-je-altijd-nog-iets-doen~ba1646cb/