Prof. dr. Jacqueline Bel is hoogleraar moderne Nederlandse letterkunde (Multatuli-leerstoel) aan de VU. In 2015 publiceerde zij Bloed en rozen, Geschiedenis van de Nederlandse literatuur 1900-1945, deel 6 van de Taalunie-literatuurgeschiedenis van Nederland en Vlaanderen. Het boek werd goed ontvangen in het publieke domein. In 2018 verscheen Multatuli nu. Nieuwe perspectieven op Eduard Douwes Dekker, dat zij met Rick Honings en Jaap Grave uitbracht. In 2018 verscheen tevens het themanummer van Zacht Lawijd, Literair-historisch tijdschrift Omtrent Hugo Claus. In 2010 publiceerde zij met Thomas Vaessens het boek Schrijvende vrouwen, Een kleine literatuurgeschiedenis van de Lage Landen 1880-2010. Zij is gespecialiseerd in de literatuur van het fin de siècle, de eerste helft van de 20e eeuw, de twee wereldoorlogen en de (post)koloniale literatuur. Momenteel werkt zij aan een boek over de Joodse stadsroman in de eerste helft van de 20e eeuw en een boek over Multatuli. In 2021 verscheen De postkoloniale spiegel, De Nederlandse letteren herlezen, een boek dat zij samen met Rick Honings en Coen van 't Veer samenstelde. In 2023 publiceerde zij Schrijven, drukken, schrappen? Max Havelaar in tijden van sensitivity reading, laaggeletterdheid en ontlezing. In 2024 verscheen De Sjaalmanpapers. Verborgen denkbeelden in Multatuli's Max Havelaar, een bundel die zij samen met René van Woudenberg redigeerde.
Jacqueline Bel is voorzitter van het J.I. de Haan Genootschap en was tot september 2022 vice-voorzitter van de Stichting Willem Frederik Hermans Instituut. Tot juni 2022 was zij jurylid van de BNG-Literatuurprijs. In 2023 was zij jurylid van de Henriette Roland Holst Prijs en het Charlotte Köhler Stipendium.
Zij is redacteur van het tijdschrift Indische Letteren en het Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde. Zij is lid van de adviesraad van het Vlaamse-Nederlandse literair-historische tijdschrift Zacht Lawijd.