De komende decennia wordt een aantal verouderde gebouwen gesloopt om plaats te maken voor nieuwbouw en een deel van de verouderde gebouwen wordt gerenoveerd. Wij stellen hoge duurzaamheidseisen aan huisvesting en maken zowel bij renovatie, nieuwbouw als sloop gebruik van de BREEAM methodiek van het Dutch Green Building Council. Ook bij het reguliere gebouwonderhoud is duurzaamheid een belangrijk criterium. De haalbaarheid van de investeringen wordt beoordeeld op basis van de integrale huisvestingslasten, de zogenaamde Total Cost of Ownership (TCO). TCO maakt investeringen met een langere (technische/-economische) levensduur en lagere exploitatielasten mogelijk en bevoordeeld de duurzame alternatieven.
Visie en Milieubarometer
De VU wil op systematische wijze haar milieubelasting beheersen en continu verminderen en daar transparant over zijn. Daarom rapporteert de VU in haar jaarverslagen, grotendeels vanaf 2010, over de ontwikkeling van de milieuprestatie op de thema’s: energie en CO2, vervoer en mobiliteit, (afval)water en afval(stoffen) inkoop en social return, en voedsel, duurzame catering en fair trade. Alle verbruiksgetallen, prestatie-indicatoren en omrekeningen naar footprints worden ook opgenomen in het milieubarometerrapport. Juist om ontwikkelingen zichtbaar te maken, zijn ook de gegevens van de afgelopen vier jaar onderdeel van het Milieubarometerrapport Vrije Universiteit.
Energie en CO2
VU werkt samen met VUmc om in 2035 fossielvrij, dat is 100% aardgasvrij in combinatie met 100% duurzaam opgewekte elektriciteit, te zijn. Op het gebied van energievoorziening werkt de VU aan het verminderen van de energievraag, het optimaliseren van de efficiëntie en aan het verduurzamen van de opwekking. VU en VUmc hebben in 2017 het Energie Masterplan 2035 vastgesteld. Hierin is de transitie van de energiehuishouding naar een duurzame VU Campus beschreven. De ambitie is om binnen tien jaar op het gebied van duurzame, betaalbare en betrouwbare energie in de top-3 te staan van universiteiten en universitair medische centra in Nederland.
Vervoer en mobiliteit
In de afgelopen jaren heeft de VU met succes maatregelen genomen om het woon-werkverkeer en zaken- of dienstenverkeer te vergroenen. Het woon-werkverkeer met de auto is sterk gedaald. Door het ondergronds brengen van (fiets)parkeren verbetert de kwaliteit van de openbare ruimte en ontstaat meer ruimte voor groen op de campus.
(Afval)water en afval(stoffen)
De VU heeft al verschillende maatregelen getroffen op het gebied van waterverbruik reductie en zal deze in de toekomst verder uitbreiden. Wij scheiden de afvalstoffen in meer dan 20 fracties. Voor de toekomst wordt nog meer ingezet op het scheiden van bepaalde kunststoffen uit het restafval. Wij stimuleren het drinken van kraanwater door join the pipe tappunten op het campusplein en in verschillende gebouwen van de VU. Vanaf 2018 worden geen PET-waterflessen meer verkocht worden op de campus.
Inkoop en social return
De VU koopt duurzaam in. Bij de inkoop van goederen en diensten wordt altijd een afweging gemaakt tussen economische, mensgerelateerde en milieuaspecten. Bij aanbestedingen wegen effecten op milieu en sociale aspecten standaard mee conform de richtlijnen van PIANOo, het expertisecentrum aanbesteden van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat. Bij onze inkoop volgen wij de actuele productgroepen uit mei 2017. Bij de VU zijn de minimumeisen slechts de ondergrens. Bij relevante aanbestedingen, zoals catering en vending, worden studenten en medewerkers betrokken bij het opstellen van de aanbestedingseisen en de gunning.
Eten en drinken
De catering wordt 100% duurzaam ingekocht, waarbij extra aandacht is voor vegetarische opties en duurzaamheids- en dierenwelzijnskenmerken.